Kerk & religie

„Wij houden niet van licht en niet van zwaar”

DEN HELDER - Den Helder is een uithoek, een eiland bijna. Wie nóg verder wil, kan alleen de boot nog nemen. „Dat heeft ook een voordeel”, zegt ouderling G. van Belzen van de gereformeerde gemeente. „De mensen gaan hier niet zo gauw lopen.”

J. van ’t Hul
10 January 2008 10:51Gewijzigd op 14 November 2020 05:26
DEN HELDER – „Ook in het koude noorden vind je warme plekjes”, zegt ouderling G. van Belzen van de gereformeerde gemeente te Den Helder. „Den Helder bijvoorbeeld. De Heere heeft ons nog nooit vergeten.” Foto’s Albert Vermeulen
DEN HELDER – „Ook in het koude noorden vind je warme plekjes”, zegt ouderling G. van Belzen van de gereformeerde gemeente te Den Helder. „Den Helder bijvoorbeeld. De Heere heeft ons nog nooit vergeten.” Foto’s Albert Vermeulen

De gemeente in Den Helder vormt een hechte groep mensen, zegt Van Belzen, ouderling sinds 1971. „Men is nu eenmaal sterk op elkaar aangewezen. Noord-Holland heeft de naam geestelijk een koude provincie te zijn. Misschien is dat waar, maar ook in het koude noorden vind je warme plekjes. Den Helder bij voorbeeld. De Heere heeft ons nog nooit vergeten.”Vrij snel na de Tweede Wereldoorlog werd in Den Helder gesproken over de oprichting van een gereformeerde gemeente. In 1948 werd A. van de Beek in Opperdoes door ds. H. Ligtenberg bevestigd in het ambt van ouderling. Hiermee was Den Helder een ”station” geworden van de moedergemeente Opperdoes. Vier jaar later werd Den Helder geïnstitueerd als zelfstandige gemeente.

In de hal van de kerk aan de Reigerstraat hangt een gedenksteen: ”Eerste steen gelegd door ds. W. Suyker en ouderling A. v. d. Beek op 6 december 1969, Nehemia 2:20”.

De kerkzaal bevat 130 zitplaatsen. Tijdens leesdiensten zijn er meestal zo’n tachtig bezoekers. „Maar soms”, zegt Van Belzen, „zit het ook helemaal vol, als er een predikant is, bij een belijdenisdienst, of zomers, als er veel toeristen zijn. Dan moeten we soms stoelen bijzetten. Dan zijn we blij.”

Het dak van de kerk werd in 2005 geheel vernieuwd. Tijdens de verbouwing kerkte de gemeente tijdelijk in de Lutherse kerk in de Wezenstraat. De verbouwing werd voor een groot deel bekostigd uit bijdragen van gemeenten uit het gehele land.

In de consistorie hangen drie predikantsportretten op een rijtje: ds. G. H. Kersten, ds. H. van Gilst en ds. W. den Hengst. Van Belzen: „Waarom Kersten daar hangt, zal duidelijk zijn. Ds. Van Gilst hoort in dit rijtje thuis, omdat hij opgroeide in Julianadorp, vlak bij Den Helder. En ds. Den Hengst heeft als gereformeerd predikant nog in Den Helder gestaan, voordat hij zich voegde bij de Gereformeerde Gemeenten.”

Achter de kerk is het verenigingsgebouw. Hier wordt aan drie groepen catechisatie gegeven en hier komen twee jeugdverenigingen en de vrouwenvereniging bijeen. Belijdeniscatechisanten zijn er dit jaar niet. „Maar vorig jaar waren er twee.”

De gemeente blijft stabiel, zegt Van Belzen. Er zijn ongeveer 85 leden en doopleden. „De gemeente vergrijst niet. Er is best wat jeugd. Er komen alleen zelden gezinnen van buitenaf bij. Eerder verhuist men vanuit Den Helder naar een plaats elders in het land. Hier is weinig werkgelegenheid, er is geen reformatorisch onderwijs. Onze kinderen gaan naar de vrijgemaakte school. Je bent al blij dat ze niet naar een openbare school moeten, maar toch, het is geen eigen school.”

De kerkenraad bestaat uit twee ouderlingen en een diaken. „We hopen er stilletjes nog eens eentje bij te krijgen”, zegt Van Belzen. „Tweetallen bedenken, dat gaat nog wel, maar je moet ook nog mensen hebben die een stemming willen aanvaarden. De Heere zal Zelf wel voorzien.”

Noord-Holland telt veel kleine gereformeerde gemeenten. Lange tijd werden ze gediend door de consulent, ds. C. Neele uit Lisse. Van Belzen: „Ds. Neele heeft ons altijd buitengewoon trouw geholpen, maar het was voor hem soms bijna niet te doen, zo’n groot gebied. We waren allemaal verheugd dat kandidaat G. Heijkamp het beroep naar Enkhuizen aannam. Hij is nu druk met heel Noord-Holland, van Amsterdam tot Den Helder.”

In Noord-Holland heeft men het, aldus Van Belzen, zelden over liggingsverschillen. „Wij houden niet van licht en niet van zwaar. Alle dominees komen hier preken. Je hoort wel eens wat verschil, maar we voelen ons met alle predikanten één.”

Er mag een goed gerucht van Den Helder worden voortgebracht, zegt Van Belzen. „De God van Elia leeft nog, ook voor Den Helder.”

Ieder jaar opnieuw zijn er enkele kleine kerkelijke gemeenten die hun deuren sluiten. Dit is het vierde deel in een serie over de problematiek van kleine kerkelijke gemeenten.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer