De autoriteiten schatten maandag dat er zeker 2000 Indiërs zijn omgekomen. Het lot van ruim 10.000 mensen in het grensgebied is volslagen onduidelijk.Omdat de rivier Kishanganga door landverschuivingen her en der is geblokkeerd, bestaat de kans op overstromingen. Het gebied is er zeer bergachtig.

Buurland Pakistan hield maandag rekening met 40.000 doden en 60.000 gewonden. Frustratie over de trage hulpverlening is op sommige plekken omgeslagen in agressie en plundering. Wanhopige reddingswerkers zoeken met blote handen in de puinhopen naar overlevenden en doden.

Voor de gewonden is er nauwelijks medische hulp. De tienduizenden ontheemden hebben geen tenten en voedsel. Het is ’s nachts erg koud en op veel plekken is het nog noodweer. Een inwoner van de vrijwel geheel verwoeste stad Balakot zei: „We hebben de aardbeving overleefd, maar zullen nu sterven van honger en kou”.

Hier en daar komt wat hulp binnen. Internationale reddingsteams met honden zijn maandag in Pakistan aangekomen. De VS hebben acht helikopters van Afghanistan naar Pakistan gestuurd, om er gebieden te bereiken die na de aardbeving zaterdag van de buitenwereld zijn afgesloten. De zwaarstgetroffen dorpen liggen hoog in de bosachtige bergen.