Het beroemde cartografische aardrijkskundeboek bestaat al bijna 130 jaar. Voor uitgeverij Wolters-Noordhoff reden om met een biografie te komen en voor het Nationaal Onderwijsmuseum in Rotterdam om er vanaf donderdag een tentoonstelling aan te wijden.De expositie ”De magie van de Bosatlas” laat de ontwikkeling zien die de atlas in bijna 130 jaar heeft doorgemaakt. De atlas was in 1877 een initiatief van de Groningse aardrijkskundeleraar P. R. Bos. Onder zijn leiding werd een formule bedacht die tot aan de dag van vandaag succesvol is.

De tentoonstelling bevat een grote hoeveelheid beeldmateriaal. Zo zijn de oudste Bosatlas en zijn uit 1876 daterende voorloper te zien. Ook originele werktekeningen, briefwisselingen, wandkaarten en auteurscorrecties maken deel uit van de expositie. Aan de hand van onder meer filmbeelden wordt uitgelegd hoe de productie dertig jaar geleden plaatshad en hoe dat tegenwoordig digitaal gebeurt.

Tijdens de opening donderdag in het Nationaal Onderwijsmuseum (Nieuwemarkt) krijgen de kleindochters van Pieter Roelf Bos de door Ferjan Ormeling geschreven ”Biografie van de Bosatlas” uitgereikt. Ormeling, hoogleraar cartografie aan de Universiteit Utrecht, vertelt het verhaal van de atlas vanuit verscheidene invalshoeken: de achtereenvolgende redacteuren, de Bosatlas als leermiddel, de grafische aspecten en de schrijfwijze van aardrijkskundige namen. De vader van Ormeling was van 1955 tot 1977 als redacteur verantwoordelijk voor de Bosatlas.

Volgens uitgever Wolters-Noordhoff heeft de Bosatlas een belangrijke rol gespeeld in het wereldbeeld van vele generaties Nederlanders. Bijna iedereen kent de naam. Het woord Bosatlas is zelfs opgenomen in het Groene Boekje en de grote Van Dale. In 1985 rekende een Unesco-conferentie over educatie en cartografie het Nederlandse kaartenboek tot de topvier van toonaangevendste atlassen ter wereld.

De tentoonstelling duurt tot en met 8 januari.