„Bij dit referendum is er geen volkssoevereiniteit”
„Er wordt mij in dit geval alleen om advies gevraagd en niet vanuit Europa, maar door de Nederlandse regering. Daarom meen ik mij niet aan het referendum te mogen onttrekken”, zegt drs. P. H. op ’t Hof, voorzitter van de Landelijke Stichting tot Bevordering van de Staatkundig Gereformeerde Beginselen, die het periodiek ”In het Spoor” verspreidt.
De mensen die zich thuisvoelen bij het gedachtegoed van ”In het Spoor” nemen niet deel aan de verkiezingen voor het Europees Parlement. Zij wensen niet mee te werken aan het afvaardigen van vertegenwoordigers naar die bovennationale instelling. Toch beveelt het bestuur van de stichting aan om op 1 juni via het stemhokje wel een opvatting kenbaar te maken over de beoogde EU-grondwet.
„Dat zal misschien verbazing wekken”, beaamt Op ’t Hof, „maar voor ons tellen twee aspecten. In de eerste plaats betreft het slechts een raadplegend referendum, met dus een niet-bindende uitslag. In die zin kunnen we niet spreken van volkssoevereiniteit.
Een ander argument is dat het initiatief uitgaat van de Nederlandse overheid en niet van Europa. Uiteraard vinden wij, in lijn met onze principes, dat alleen de mannen naar de stembus moeten gaan.”
Hoe het oordeel van Op ’t Hof uitvalt, laat zich raden. „De belangrijkste overweging is dat deze grondwet niet Gods Woord en Gods wet hanteert als uitgangspunt. De mens staat volkomen centraal, in een verlichtingsoptimisme dat we aan alle kanten verwerpen. De conclusie luidt dat dit document godloos is, wat niets anders betekent dan goddeloos.”
„Nederland geeft nog meer soevereiniteit prijs en miskent daarmee de bijzondere ontstaansgeschiedenis van ons land, loochent Gods daden in onze historie. En verder: als je kijkt naar het hoofdstuk over de grondrechten, kom je daarin zaken tegen als een verbod op de doodstraf, gelijkschakeling van godsdiensten en gelijkheid van man en vrouw; allemaal elementen om de grondwet volstrekt af te wijzen.”
De stichting pleit er zelfs voor om als natie de EU volledig de rug toe te keren. De voorzitter licht toe: „Wij zijn nadrukkelijk niet tegen intergouvernementele samenwerking op gebieden waarop dat een toegevoegde waarde oplevert, bijvoorbeeld bij het bestrijden van het terrorisme. Maar alleen op basis van handhaving van de eigen nationale zelfstandigheid.”
De grondwet bevat nu juist een artikel dat de mogelijkheid opent om uit de Unie te stappen. Op ’t Hof ziet daarin echter geen reden om voor te stemmen. „Mijns inziens kan Nederland in de huidige situatie ook al uittreden, door gewoon de verdragen op te zeggen. Ik zou niet weten waarom het niet mogelijk is een proces in die richting in gang te zetten.
„Op de school waar ik werk, trof ik onlangs een rijmpje aan dat ik ter afsluiting graag citeer: „Europese grondwet? stem toch tegen, zo zegt ons aller SGP. Laat Nederland u zwaarder wegen en Nederland begint met nee.””
Dit is het derde deel in een serie over persoonlijke visies op de Europese grondwet.