Belastingdienst maakt excuses: 57 miljoen te veel naar provincies
De Belastingdienst heeft excuses gemaakt aan de provincies voor een rekenfout bij de uitkering van wegenbelasting. De twaalf provincies hebben afgelopen jaar gezamenlijk bijna 57 miljoen euro te veel gekregen, staat in een brief van de fiscus aan het Interprovinciaal Overleg (IPO). De Belastingdienst trekt de te veel uitgekeerde bedragen af van de uitkeringen die de provincies dit jaar nog krijgen.
„Hierdoor wordt de impact van de fout voor de provincies zoveel mogelijk beperkt”, staat in de brief. Bij Zuid-Holland was de afwijking het hoogst. De provincie ontving afgelopen jaar bijna 404 miljoen euro aan wegenbelasting, terwijl dat 392 miljoen had moeten zijn. Zuid-Holland krijgt daarom dit jaar 11,7 miljoen euro minder.
Ook voor Noord-Brabant (8,7 miljoen), Noord-Holland (8,1) en Gelderland (7,8) gaat het om flinke afwijkingen. De andere provincies hebben 1 tot 4,5 miljoen euro te veel gekregen. Een woordvoerder van de Belastingdienst zei eerder deze week al dat het in totaal om „enkele tientallen miljoenen euro’s” gaat.
Toen enkele provincies opmerkten dat ze aanzienlijk meer inkomsten uit de wegenbelasting ontvingen dan begroot, benaderden ze de Belastingdienst. Volgens de fiscus bleek na onderzoek dat de zogeheten brandstoftoeslag onjuist is verwerkt bij het berekenen van de provinciale opcenten, het deel van de motorrijtuigenbelasting dat naar de provincies gaat. De Belastingdienst biedt per brief „excuses aan voor de gemaakte fout en het daardoor ontstane ongemak”. De fiscus keerde vorig jaar in totaal 1,95 miljard euro aan wegenbelasting uit aan de provincies.
Ook in 2023 hebben de provincies iets meer geld gekregen dan waar ze recht op hadden, maar volgens de Belastingdienst betreft dat „een fout van zeer beperkte omvang”. Voor 2025 wordt de rekenfout verwerkt in de bedragen die de provincies de komende maanden nog krijgen.
Om zulke problemen in de toekomst te voorkomen, wil de Belastingdienst „verscherpt aandacht geven” aan de berekening van de afdracht aan de provincies. Dat gebeurt nu nog handmatig, maar wordt meer geautomatiseerd. „Zo wordt de kans op (menselijke) fouten in de toekomst beperkt.”