Kerk & religieRechtszaak Malawi

Ontwikkelingswerker Akster mag rechtszaak toch in vrijheid afwachten

De Nederlandse ontwikkelingswerker Wim Akster mag de behandeling van zijn rechtszaak voorlopig toch in vrijheid afwachten, oordeelde de rechter in het Malawische Blantyre maandagmorgen.

5 May 2025 14:41Leestijd 2 minuten
Malawische leerlingen lopen naar school. Foto Jaco Klamer
Malawische leerlingen lopen naar school. Foto Jaco Klamer

Hiermee schortte de rechter het besluit van vorige week maandag op om de borgtocht van Akster in te trekken en hem te laten arresteren. De voormalige financieel directeur van Stichting Timotheos, die vrijdag daadwerkelijk in hechtenis werd genomen, is nu weer op vrije voeten.

Zowel Akster als zijn advocaat Fostino Maele was op maandag 28 april niet aanwezig in de rechtbank van Blantyre, waar een hoorzitting gepland stond. Akster zou ziek zijn en zijn raadsman had verplichtingen bij het hooggerechtshof, bleek aan het begin van de zitting. Rechter Paul Chiotcha vond dat Maele nalatig was geweest door zijn afwezigheid niet vooraf te melden bij de rechtbank. Ook had de advocaat verzuimd om bewijs te overleggen waaruit bleek dat Aksters ziekte hem verhinderde naar de rechtbank te komen. Chiotcha oordeelde dat „het gedrag van de beklaagde en diens raadsman opzettelijke pogingen zijn om de rechtsgang te vertragen”.

Een week later achtte Chiotcha de gang van zaken nog steeds afkeurenswaardig. „Dit had nooit mogen gebeuren”, zei hij. Aksters raadsman had zich moeten realiseren dat hij de schaarse tijd van de rechtbank verknoeide. De rechter was er daarom van overtuigd „dat we de juiste beslissing hebben genomen om het verzoek tot uitstel te weigeren en de borgtocht voor de beschuldigde in te trekken. We hadden niet anders kunnen doen.”

Desondanks vond Chiotcha het gerechtvaardigd om zijn eerdere beslissing op te schorten. Uit een door Maele ingediend medisch rapport blijkt namelijk dat de beschuldigde ziek was en ziekte is een gegronde reden voor afwezigheid bij een rechtszaak. „Ondanks het feit dat de raadsman vooraf niet heeft gecommuniceerd dat zijn cliënt afwezig zou zijn, vind ik niet dat de beschuldigde hiervoor gestraft moet worden”, aldus de rechter.

Wel riep hij de aanwezige partijen op om „vertragingstactieken in strafzaken krachtig tegen te gaan”. Rechtbanken, zei hij, moeten ervoor zorgen dat zaken binnen de kortst mogelijke tijd worden afgerond.

Het is nu aan Akster en zijn raadsman om het formele verzoek tot intrekking van de borgtocht binnen twee weken in te dienen. Na een reactie van de aanklager zal de rechtbank uitspraak doen op basis van de ingediende stukken.

De inhoudelijke behandeling van de strafzaak heeft plaats op 16 mei.

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer