In de poep van dierlijke vlees- en viseters zijn veel meer enzymen (eiwitten) actief dan in de ontlasting van dierlijke planteneters. De verklaring is zeer waarschijnlijk dat vlees en vis moeilijker te verteren zijn dan planten, zegt medisch bioloog Wendy Kaman van het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA). Het ACTA onderzocht honderden dierendrollen die dit voorjaar werden verzameld door DierenPark Amersfoort.
Het dierenpark leverde uitwerpselen uit de dierenhokken in. Huisdierbezitters konden poep van hun eigen huisdier naar het dierenpark brengen. Dat werd massaal gedaan. Een onderzoek naar de poep van zoveel verschillende dieren is volgens Kaman nooit eerder gedaan. Het heeft nieuwe inzichten opgeleverd in de voedselverwerking van dieren, wat belangrijk is voor bijvoorbeeld de samenstelling van hun voeding.
De onderzoekers vergeleken de ontlasting van 21 dierensoorten, onder welke kat, hond, fret, tijger, stokstaartje en zebra. Ook uitwerpselen van ratten, reptielen en amfibieën zijn onderzocht, naast de poep van typische planteneters zoals giraffen, zebra’s en wandelende takken.
Het onderzoek gaat nog door. Dan worden uitwerpselen van nog meer dierensoorten bekeken om erachter te komen welke organen in het dier de enzymen aanmaken die nodig zijn voor de vertering. Dat levert inzichten op in het welzijn van een dier. In een vervolgonderzoek worden de dierenresultaten vergeleken met onderzoeksgegevens van mensen.
