Deze verkiezingscampagne is te kort en ontbeert diepgang
Het mooie van een laatste campagneweek is dat veel politieke partijen zich daarin genoodzaakt zien kleur te bekennen. Neem BBB. Die partij lag geregeld onder vuur, onder andere doordat het programma nogal wat voorstellen bevat die op z’n minst onvoldragen zijn te noemen. Dat roept allerlei vervolgvragen op over de financiële haalbaarheid ervan.
In reactie daarop zei BBB-voorvrouw Van der Plas de Tweede Kamerverkiezingen vooral als ideeënstrijd te zien. Pas na 22 november, tijdens de formatie, wil zij een langetermijnvisie uitbrengen. Die zou dan duidelijk moeten maken hoe betaalbaar de voornemens zijn. Dat is een helder verhaal, al hoef je geen deskundige te zijn om zo’n uiteenzetting af te kunnen doen als een rammelend betoog. Partijen horen de kiezer vooraf zoveel mogelijk helderheid te geven over wat ze willen. Ingaan op de betaalbaarheid hoort daar onderdeel van te zijn en het is op z’n minst veelzeggend als Van der Plas dan zegt: Dat komt na de verkiezingen wel.
De reden dat partijen campagne voeren, is immers dat zij het electoraat duidelijke keuzes willen voorleggen, zodat de kiezer hen na het openstellen van de stembussen geïnformeerd en wel kan mandateren daarmee aan de slag te gaan.
Wie nu de tussenbalans van de campagne opmaakt, ziet overigens al snel dat BBB bepaald niet de enige is die voorbij scheert aan dit doel. Ook andere partijen gaan lastige thema’s uit de weg, om vervolgens te berde te brengen wat straks na de verkiezingen hun voorkeurscoalitie is. Dat is een zwaktebod. Weet een kiezer welk zorg- en stikstofbeleid NSC voor ogen staat? Hoe voorkomt Timmermans dat vervuilende bedrijven, als GL-PvdA haar klimaatplannen kan doorzetten, hun activiteiten alleen maar verplaatsen; zonder hun uitstoot substantieel te verminderen?
Het voorlopige oordeel over de campagne die tot dusver is gevoerd, kan alleen maar luiden: te gehaast, te vluchtig en te kort. Dat knelt, bijvoorbeeld als het gaat om de gezondheidszorg. „Eén garantie ga ik u geven”, schreef zorgeconoom Canoy deze week op de site van het vakblad Zorgvisie. „Er bestaat een zogeheten ‘ombuigingslijst’, gemaakt door de ambtenaren van het ministerie van Financiën. Daarin staan opties om te bezuinigen op alle posten van de zorgbegroting. Op dag 1 van de coalitieonderhandelingen pakken alle partijen die lijst erbij en gaan ze kiezen voor die impopulaire maatregelen waarmee ze het minste liegen ten opzichte van het verkiezingsprogramma. Het is weinig verheffend, maar het werkt wel zo.”
Te vrezen is dat die observatie klopt en in dat licht is de laatste campagneweek voor serieuze partijen een gouden kans. Ze kunnen de kiezer op de valreep nog uitleggen dat politiek altijd een kwestie is van kiezen in schaarste en dat het nu al zichtbaar is dat sommige pijnlijke keuzes na 22 november vrijwel onvermijdelijk zijn. Om zo van de campagne te redden wat er nog te redden valt: dat de kiezer straks weer gedesillusioneerd achterblijft.