Kerk & religieUit de kerkelijke bladen
Twee predikanten belandden samen in de goot: „Kerkmuren vallen weg”

Wekelijks een blik op de kerkelijke bladen, aangevuld met citaten uit de kerkelijke wereld.

Redactie kerk
beeld RD
beeld RD

De Wekker

„De laatste weken rijgen de berichten over nieuwe warmterecords zich aaneen. ”Juni wereldwijd warmste juni ooit gemeten”, ”Juli met afstand de warmste maand ooit gemeten” en de afgelopen zomer in zijn geheel is de warmste zomer ooit gemeten. Inmiddels zit de ”r” weer in de maand, wat vroeger bij mij thuis wilde zeggen dat je je op kou kon voorbereiden. Maar dat was de goeie (k)ouwe tijd. Vorige week hadden we de warmste 6 september ooit gemeten: bijna 30 graden. We zitten er warmpjes bij. En dat is in dit verband geen uitdrukking met een positieve betekenis. We zagen de beelden van enorme natuurbranden in het zuiden van Europa en ook die van andersoortig noodweer (overstromingen, stormen). De deskundigen maken ons duidelijk dat door de klimaatverandering de weersextremen toenemen.

In de Bijbel zijn extreme weerfenomenen nogal eens een teken van het verschijnen van God. Als Hij aan Israël verschijnt op de Sinaï gaat dat gepaard met vuur en rook en een aardbeving. Psalm 29 is de psalm van de zeven donderslagen, zeven keer aangeduid als de stem van God die klinkt. Maar ook een wolk is nogal eens een teken van Gods aanwezigheid, denk aan de wolkkolom tijdens de woestijnreis van Israël of de wolk bij de hemelvaart van Christus. De pracht van grassen en bloemen toont ons de zorg van God (Matt. 6: 30). Daar moet je oog en oor voor hebben en het moet leiden tot eerbetoon aan de Schepper (Psalm 29: 9). Daar past een zorgvuldige omgang met Zijn schepping bij.”

Ds. A. Hakvoort, eindredacteur van De Wekker, in het orgaan van de Christelijke Gereformeerde Kerken.

Hersteld Hervormd Zeeland

„Hoe twee predikanten in de goot belandden.

19652569.JPG
Ds. J. de Kok, predikant van de gereformeerde gemeente te Sint Annaland. beeld RD, Anton Dommerholt

Er zijn soms van die situaties die je maar één keer in je leven overkomen. Gisteren bevond ik mij in zo’n situatie. Samen met mijn broederpredikant uit de Hersteld Hervormde Kerk belandde ik in de goot. Dit verdient enige toelichting.

Die morgen stond een ontmoeting gepland met de nieuwe broederpredikant uit de Protestantse Kerk op ons dorp. Samen met mijn vrouw en mijn broeder (met wie ik in de goot zou belanden) en ook diens echtgenote, hadden we een aangenaam samenzijn waar even geen kerkmuren waren en waar we spraken over de meest wezenlijke dingen die er op aarde zijn.

Omdat de nieuwe broeder in een naastgelegen dorp woonde haalde ik mijn broeder, zijn vrouw en zijn dochtertje op. Toen kinderstoel, dochterlief en de vrouw des huizes geïnstalleerd waren in mijn auto liep mijn broeder terug om de voordeur af te sluiten. Toen ook hij zijn positie ingenomen had in mijn automobiel merkte hij langs neus en lippen zoiets op van „Schat, jij hebt de sleutel toch?” Edoch, vrouwlief had geen sleutel. Ook mijn broeder niet.

Het probleem, hoe men straks de pastorie in zou komen, werd vooruitgeschoven tot na de ontmoeting met de nieuwe broeder. En ja… op de terugreis werd het sleutelprobleem prangend. Na verschillende appjes en telefoontjes bleek er echt geen sleutel in omloop te zijn waarmee de pastorie ontsloten kon worden. Ja, er was nog één sleutel in omloop. De bezitter van deze sleutel bevond zich echter in het buitenland met de begeerde sleutel in zijn broekzak.

Uiteindelijk deed ik een wat rigoureus voorstel. In het verleden had ik tijdens mijn opleiding bouwkunde tips en aanbevelingen gekregen hoe men efficiënt in kon breken. Daar deze lessen, die bedoeld waren om een bouwwerk goed tegen inbraak te kunnen beveiligen, mij altijd bijgebleven waren, stelde ik voor om met zo min mogelijk schade een toegang te verschaffen tot de HHK-pastorie. Daarvoor moesten we eerst langs de GG-pastorie om wat (inbrekers)gereedschap te halen teneinde het voorgestelde plan ten uitvoer te brengen. Maar… zoals dit in het kerkelijk leven gebruikelijk is, moest er eerst toestemming zijn van hogerhand om het plan ten uitvoer te brengen. Na een telefoontje door mijn broeder gaf de kerkvoogd toestemming dat de GG-predikant de pastorie van de HHG zou forceren, teneinde toegang de verschaffen tot de begeerde binnenruimten. Toch zou de situatie anders verlopen dan gepland.

We waren bijna gearriveerd in onze woonplaats. Een laatste vraag klonk in het automobiel. „Staat er misschien nog ergens een raampje open?” De vrouw des huizes dacht na en wist bijna zeker dat het dakraam van de badkamer niet gesloten was. Dit gaf hoop. Zou er dan toch, zonder braakschade, toegang verschaft kunnen worden tot de woning? Samen gingen we tot actie over. In de GG-pastorie werd een ladder gehaald. Bij de HHK-pastorie aangekomen bleek inderdaad dat het dakraam(pje) van de badkamer openstond. Zo’n drieënhalve meter boven het maaiveld grijnsde het openstaande raam ons toe. En zo belandde ik samen met mijn medebroeder in de goot.

De ladder (een telescopisch middel) werd uitgeschoven en gepositioneerd. Bij het aanschouwen van het dakraampje en mijn nogal gezette corpus, begreep ik al snel dat mijn lichaam zich nimmer door het raampje kon wringen. Mijn broeder beklom dan ook als eerste de ladder. Dit deed hij met een behendigheid die ik niet achter hem gezocht zou hebben. Vanuit de hoogte vroeg hij mij of ik in de dakgoot kon staan. Gezien de grootte van de goot leek mij dat geen probleem. Toen kwam de moeilijkheid. Hoe wring je je door een dakraampje in een schuin dak dat ook nog eens in het midden scharniert. Ik besloot poolshoogte te nemen en mijn broeder te helpen. Zo kwamen wij beiden in de goot terecht. Althans, mijn broeder stond in de goot, en ik klemde mij met beide handen áán de goot. Er werd een plan de campagne opgesteld. Het makkelijkst zou zijn geweest om voorover door het dakraam te gaan. Eerst de handen, dan het hoofd, en vervolgens het resterende lichaam. Het probleem zat hem in de landing. Onvermijdelijk zou er een smak volgen op de betegelde badkamervloer, met alle gevolgen van dien. Een optie zou zijn dat ik de benen van mijn broeder vasthield en hem langzaam naar binnen liet zakken. Maar omdat ik mij ook nog in balans moest houden op de ladder zou er een situatie kunnen ontstaan waarbij een valpartij van drieënhalve meter plaatsvond. Nee, er was maar één optie. Eerst de benen door het dakraam, dan de overige lichaamsdelen. Bij deze acrobatische manoeuvres zou ik mijn broeder vasthouden en tevens het dakraam dusdanig scharnieren dat er op een soepele manier toegang verschaft zou worden tot de natte cel van de woning.

Om alle obstakels te verwijderen ontdeed mijn broeder zich van zijn schoeisel. Tenminste, alleen de linkerschoen. De rechterschoen zat klem tussen de dakpannen en de dakgoot. Dit leidde tot de vriendelijke vraag: „Broeder, zou je mijn schoen willen ontbinden?” Natuurlijk wilde ik dat. En zo ontstond de situatie waarbij de GG-predikant (zich met één hand vastklemmend aan de dakgoot) aan de schoenveters van de HHK-predikant (die inmiddels al één been door het dakraam gestoken had) stond te peuteren. Toen beide schoenen ontbonden waren was de moeilijke klus snel geklaard. Ik verbaasde mij over de lenigheid van mijn broeder die zich, terwijl ik hem ondersteunde, door het kleine dakraampje frommelde. Tijdens deze handelingen vroeg ik mij nog af of mijn broeder niet uit zijn pantalon zou scheuren, edoch, de glijpartij verliep voortreffelijk. En zo zag ik mijn broeder vanuit de goot verdwijnen in de diepte.

Met de schoen, die ik ontfutseld had, klom ik de ladder af (de linkerschoen had mijn broeder naar beneden geworpen). Mij viel op dat mijn broeder al bij de keukendeur stond toen ik het maaiveld betrad. Hij was nog eerder beneden dan ik. We rondden af met nog een enkele exegetische opmerking vanuit het voorval, brachten de ladder naar de auto, en gingen ons weegs. En zo eindigde de situatie, die je maar één keer in je leven meemaakt.

Er wordt veel gespróken over kerkelijke eenheid. Maar hoe staat het met de daad? Uit ervaring kan ik nu zeggen dat kerkmuren wegvallen als je samen in de goot terechtkomt en bereid bent andermans schoenen te ontbinden.”

Ds. J. de Kok, predikant van de gereformeerde gemeente in Sint Annaland, beschrijft een voorval dat hij meemaakte samen met ds. A.S. Middelkoop, predikant van de hersteld hervormde gemeente in dezelfde plaats. Ds. Middelkoop nam zijn bijdrage over in de kerkbode Hersteld Hervormd Zeeland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer