Witjes deed haar uitspraak tijdens een vergadering in het provinciehuis in Arnhem, waar onder meer het extra geld dat de provincie vrijmaakt voor het openbaar vervoer ter sprake kwam. De provincie steekt dit jaar nog eens 5 miljoen euro extra in het ov, vanwege de gestegen prijzen voor brandstof en lonen. Voor de zomer werd al besloten om 13 miljoen bij te leggen voor het overeind houden van de dienstregeling van treinen en bussen in Gelderland.

De provincie wil dat het Rijk meer betaalt om de stijging van de kosten voor het ov te dekken. Gelderland is daarover in gesprek, aldus Witjes. Meerdere partijen in de Staten hadden woensdag vragen over het extra geld dat de provincie nu toch weer moet inzetten om de treinen en bussen in Gelderland te laten rijden. Zo voelt het volgens PvdA’er Fokko Spoelstra „raar dat wij dat weer moeten opvangen”. Lourens van Bruchem van de SGP had het over „een blanco cheque” van 5 miljoen euro en zei dat „ingewikkeld” te vinden.

Gedeputeerde Witjes noemde het tijdens de vergadering „vrij frustrerend” dat de kosten opnieuw oplopen. Het lobbyen voor meer geld vanuit het Rijk is volgens haar „complex” geworden nu het kabinet is gevallen. Maar de verkiezingen bieden ook kansen, zo vindt ze, verwijzend naar haar oproep om meer geld te vragen in de verkiezingsprogramma’s.

Het Rijk stelt het bedrag dat provincies krijgen voor het openbaar vervoer bij op basis van een bepaalde index, verduidelijkt een woordvoerster van de provincie. De werkelijke kostenstijging doordat lonen voor chauffeurs stijgen en brandstof duurder wordt, is hoger. In feite krijgen provincies dus steeds minder geld om het ov draaiende te houden, aldus de woordvoerster.