Meerderheid voor SGP-voorstel: lat voor rechtszaken tegen overheid omhoog
De Tweede Kamer wil dat het kabinet onderzoekt of het voor maatschappelijke organisaties moeilijker kan worden gemaakt om naar de rechter te stappen om overheidsbeleid aan te vechten. Een voorstel daartoe van de oppositiepartijen SGP, JA21 en BBB kan rekenen op een meerderheid, mede dankzij steun van regeringspartijen VVD en CDA. Coalitiepartner D66 noemt het „zorgelijk” dat deze partijen meegaan in deze oproep om de toegang tot de rechter in te perken.
Aanleiding voor de motie is de klimaatzaak van Urgenda, waarmee de regering eind 2019 gedwongen werd om meer te doen tegen de uitstoot van broeikasgassen, maar ook rechtszaken over bijvoorbeeld het stikstofbeleid. Het stoort de indieners dat de rechter nu niet hoeft te kijken in hoeverre organisaties die procedures aanspannen tegen de overheid, een groot deel van de samenleving vertegenwoordigen. Het kabinet moet kijken of daar verandering in moet komen.
SGP-Kamerlid Chris Stoffer wil met het voorstel voorkomen dat „clubs als Urgenda, gesponsord en gesubsidieerd door de Postcodeloterij”, het kabinet gaan controleren. Dat is de taak van de Tweede Kamer, vindt hij. Zijn voorstel stuitte direct al op felle kritiek van D66 en van de linkse oppositiepartijen. Juist in de rechtszaal doet draagvlak in de samenleving er niet toe, vinden zij, maar telt slechts de vraag of de wet wordt nageleefd. Ook klimaatminister Rob Jetten zag er niets in. „Het kabinet vindt dat de toegang tot de rechter in Nederland een groot goed is. Ik zie deze motie echt als een inperking daarvan.”
D66-Kamerlid Joost Sneller is teleurgesteld in coalitiepartners VVD en CDA. Hij snapt best dat die soms moeite hebben met de inhoud van rechterlijke uitspraken, bijvoorbeeld in de Urgenda-zaak. „Maar uiteindelijk heeft de rechter alleen maar blootgelegd dat de politiek daar tekort is geschoten. Daar zou alle aandacht naar uit moeten gaan.” Uiterste consequentie van deze motie kan zijn dat de overheid niet langer door de rechter aan haar eigen regels wordt gehouden. „En dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn.”
De coalitiepartijen lijken zich in aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen vrijer te voelen om discussies over inhoudelijke kwesties in het openbaar uit te vechten. Vrijdag keerde VVD’er Peter de Groot zich tegen een wetsvoorstel van woonminister Hugo de Jonge dat moet zorgen voor een betere balans in gemeenten tussen sociale huur en duurdere woningen, een plan dat voortvloeit uit het coalitieakkoord. Het kwam hem op woedende reacties te staan van zijn collega’s Pieter Grinwis van de ChristenUnie en Derk Boswijk van het CDA.