Welke doelen in Israël Teheran graag treft
Iran heeft een lijst gepubliceerd van mogelijke doelwitten in Israël die bij een conflict tussen beide landen kunnen worden aangevallen. Variërend van het parlementsgebouw in Jeruzalem tot nucleaire installaties in de Negevwoestijn.
De onthulling kwam niet rechtstreeks uit Teheran. Het Iraanse persbureau Tasnim News Agency meldde maandag dat het Arabische medianetwerk Al Mayadeen „een overzicht heeft openbaargemaakt van een reeks doelen in Israël en gevoelige posities van dit regime, die bij elke oorlog kunnen worden getroffen”.
Duidelijk was wel dat de informatie voor dit bericht uit Iran kwam. Dat bleek alleen al uit de verdere bewoordingen van het bericht van Tasnim, waarin steevast over het „zionistische regime” werd gesproken, en de eigen duiding die het Iraanse persbureau aan de relevantie van de verschillende doelwitten gaf.
De lijst bevat een aantal voor de hand liggende militaire doelen, zoals legerbases, wapenfabrieken, communicatienetwerken en atoomfaciliteiten. Met dat laatste wordt vooral het nucleaire complex in Dimona, in het zuiden van Israël, bedoeld.
Het overzicht zoomt echter ook in op een groot aantal civiele doelen, zoals het parlementsgebouw, het ministerie van Defensie en het kantoor van de minister-president – allemaal gelegen in Jeruzalem. Ook de luchthaven van Eilat en Tel Aviv staan op het lijstje, evenals het Technion, de technische universiteit in Haifa.
Dat Iran die strategische informatie over aartsvijand Israël verzamelt, zal in Jeruzalem nauwelijks verwondering wekken. De Palestijnse terreurbeweging Hamas, die door Iran wordt gesteund, heeft bij eerdere conflicten al geprobeerd Israëlische luchthavens en het atoomcomplex in Dimona te treffen. De Libanese Hezbollahbeweging, eveneens een ideologische bondgenoot van Teheran, heeft diverse keren gedreigd cruciale doelen in Israël militaire en civiele infrastructuur aan te vallen.
De vraag is wel wat Iran precies in de zin heeft met de openbaarmaking van deze lijst met doelwitten – juist op dit moment. Analist Seth J. Frantzman van dagblad The Jerusalem Post schreef deze week dat de publicatie wellicht een verandering in strategisch denken van Teheran illustreert.
Mogelijk staat Iran op het punt zijn proxy-bondgenoten in Syrië en Libanon van nog geavanceerdere precisiewapens te voorzien, die in staat zijn juist die doelwitten op de korrel te nemen die op de lijst staan.
Anderzijds kan een en ander ook niet los worden gezien van de interne situatie in Iran. De protesten tegen het regime zijn inmiddels al tweeënhalve maand aan de gang. De aandacht van binnenlandse onrust afleiden door de focussen op de gedeelde externe vijand is een beproefde tactiek.
In alle gevallen moet Israël de Iraanse dreiging serieus blijven nemen. Want in de basis heeft de Joodse staat volgens Teheran geen bestaansrecht. Daarom zal de Islamitische Republiek geen middel schuwen dat kan bijdragen aan de vernietiging van de staat Israël.