Het Legermuseum en het Prinsenhof in Delft, Paleis Het Loo in Apeldoorn en enkele kleinere musea konden door onder meer het overlijden van prinses Juliana en prins Bernhard en de doop van prinses Catharina-Amalia op veel belangstelling rekenen.

Het Legermuseum in Delft, waar sinds het overlijden van prins Bernhard onder meer een tentoonstelling over het militaire verleden van de prins te zien is, trok door die expositie volgens een woordvoerder extra veel belangstellenden. Het exacte aantal is nog niet bekend. In het museum zijn onder meer de affuit, waarop de kist van de prins tijdens de uitvaart werd vervoerd, uniformen van de prins en zijn Mercedes Benz-dienstauto te bezichtigen.

Het Prinsenhof in Delft, waar Willem van Oranje op 10 juli 1584 werd vermoord, begroette in 2004 77.115 bezoekers. In 2003 waren dat er nog 59.779. Veel mensen combineerden het tekenen van de condoleanceregisters voor prins Bernhard en prinses Juliana met een bezoek aan het museum.

Volgens een woordvoerder kwamen vooral veel belangstellenden naar het Prinsenhof door de verkiezing van de grootste Nederlander aller tijden, waarbij Willem van Oranje op de tweede plaats eindigde. „Er ontstond veel interesse voor het leven van Willem van Oranje. Hier wordt die geschiedenis tastbaar”, aldus de woordvoerder.

Het museum Oranje & Buren in de Gelderse plaats Buren ontving in 2004 ongeveer 10.000 gasten, 1000 meer dan in het jaar daarvoor. In het kleine museum was het afgelopen jaar een tentoonstelling over de jeugd van Nederlandse prinsen en prinsessen te zien. Naast de jeugd van de pasgeboren prinsjes en prinsesjes werd ook die van prinses Juliana belicht. Door de grote toeloop opende de eigenaar het museum na het overlijden van Juliana en Bernhard ook buiten de normale openingstijden.

Paleis Het Loo in Apeldoorn kreeg vooral veel bezoekers na de doop van prinses Catharina-Amalia. In het voor het publiek opengestelde deel van het paleis waren tijdens de tentoonstelling ”Oranje in de wieg” onder meer de doopjurk en de wieg van het prinsesje te bewonderen. Mede door de succesvolle tentoonstelling steeg het bezoekersaantal van het paleis van 245.000 in 2003 naar 277.857 in 2004.

In Breda kon de Oranjefanaat het afgelopen jaar twee tentoonstellingen over de banden van de Oranje-Nassaus met de stad bezichtigen. De Grote Kerk, waar leden van de familie Oranje-Nassau tot de dood van Willem van Oranje werden bijgezet, verwelkomde ongeveer 40.000 geïnteresseerden. In 2003 waren dat er nog 27.500.

Volgens een woordvoerder is het hoge aantal te danken aan de grote belangstelling voor de expositie ”Pronk en Praal”, over de Oranje-Nassaus, die nog tot 1 augustus loopt. Het bezoekersaantal van de expositie ”Stad en dynastie” in het Breda’s Museum is niet precies bekend.