OM komt tijd te kort voor strafeisen in zaak overval Amsterdam
Het Openbaar Ministerie komt woensdag in de zaak rond de overval op een waardetransport bij Schöne Edelmetaal in Amsterdam-Noord niet aan het eisen van straffen toe. De twee officieren van justitie begonnen woensdagmorgen aan hun slotbetoog in het proces tegen de acht verdachten voor de rechtbank in Amsterdam, met de bedoeling dit af te sluiten met de strafeisen. Na enkele uren werd echter duidelijk dat zij in tijdnood zouden komen en besloot de rechtbank dat het verhaal van het OM op 15 november moet worden afgerond.
Het bewijsbetoog van het OM is bijzonder omvangrijk en gedetailleerd. Bovendien moet alles wat in de rechtszaal wordt besproken worden vertaald door een tolk, aangezien de verdachten Franstaligen zijn, afkomstig uit België en Frankrijk. Dit levert de nodige vertraging in de voordracht op.
De overval werd gepleegd op 19 mei vorig jaar en leidde tot een wilde achtervolging door de massaal uitgerukte politie. Deze eindigde in een weiland bij Broek in Waterland, een dorp ten noorden van Amsterdam. Eén overvaller, een Fransman van 47, werd daar door de politie doodgeschoten.
Het zwaartepunt in de strafzaak wordt gevormd door de vraag of de vluchtende overvallers gericht op de politie hebben geschoten. De verdachten hebben tot dusver volgehouden dat dat niet het geval is geweest. Volgens het OM is het tegendeel waar en is er sprake van meervoudige gekwalificeerde poging tot doodslag op politiemensen. Meerdere agenten hebben doodsangsten uitgestaan.