Binnenland

Premier gaf EU-voorzitterschap extra inhoud

Het Nederlandse EU-voorzitterschap zit erop. Luxemburg neemt vrijdag het stokje over. De ziekte aan zijn voet hield premier Balkenende het afgelopen halfjaar weken aan de kant. De geslaagde EU-top over Turkije en het waardedebat maakten het voorzitterschap voor hem echter meer dan goed.

Kees de Groot
30 December 2004 11:03Gewijzigd op 14 November 2020 02:03
DEN HAAG – Premier Balkenende drukte een persoonlijk stempel op het Nederlandse EU voorzitterschap door een vijftal conferenties over Europese waarden te laten organiseren. „Als je dit onderwerp als voorzitter op de agenda hebt weten te krijgen, dan doe
DEN HAAG – Premier Balkenende drukte een persoonlijk stempel op het Nederlandse EU voorzitterschap door een vijftal conferenties over Europese waarden te laten organiseren. „Als je dit onderwerp als voorzitter op de agenda hebt weten te krijgen, dan doe

„Ons voornemen was om te komen tot een solide, degelijk voorzitterschap en die dingen te doen die wij ons hadden voorgenomen”, zei EU-voorzitter en premier Balkenende begin vorige week in de Tweede Kamer „Dat is ook gelukt.” Een kamermeerderheid deelt die conclusie. „Het Nederlandse voorzitterschap is geslaagd, en daar complimenteer ik het kabinet ronduit mee”, verwoordde PvdA-kamerlid Timmermans het breed gedeelde gevoel.

Aan de start in juli leek in Europa een saaie periode voor de boeg te liggen. Er moesten een nieuw Europees Parlement komen en een nieuwe Europese Commissie. Erg veel daadkracht kon daarvan niet worden verwacht, was de inschatting. De formatie van de Commissie was een uitgelezen kans voor Balkenende om een prestigieuze post binnen te slepen voor ons land. Die gelegenheid greep hij met beide handen aan. Handig gebruikmakend van zijn vriendschap met Commissievoorzitter Barroso en van diens wens zo veel mogelijk vrouwen in zijn club te krijgen, haalde Balkenende er het maximaal mogelijke uit. Hij slaagde er namelijk in VVD’er Kroes op de zware post Mededinging te krijgen. Frankrijk aasde ook op dat plekje, maar greep ernaast.

Nog maar nauwelijks bekomen van alle complimenten voor deze handige zet, moest de premier alweer een spervuur aan kritiek ondergaan. Het Nederlandse voorzitterschap zou zich namelijk te veel afzijdig hebben gehouden bij de problemen rond de beoogde eurocommissaris Buttiglione. Het Europees Parlement pruimde de man niet vanwege zijn principiële opvattingen over vrouwen en homo’s en weigerde in te stemmen met de benoeming van de conservatieve Italiaan.

Daarmee hing de beoogde Commissie aan een zijden draadje. Nederland leek zich niet bewust van wat er in het europarlement leefde, sneerde GroenLinks- kamerlid Duyvendak in het debat over de EU-top, vorige week in de Kamer. De Poolse europarlementariër Geremek oordeelde beduidend milder. „Het conflict is op de best mogelijke wijze opgelost dankzij de Nederlandse aanpak. Wat het voorzitterschap heeft gedaan: direct accepteren dat er niet per 1 november een nieuwe Europese Commissie zou zitten. De oude Commissie verzoeken door te gaan, getuigde van moed. De Europese verdragen zijn daarover helemaal niet zo duidelijk. Het Nederlandse voorzitterschap had deze crisis niet kunnen voorkomen.”

Terwijl de zittende Europese Commissie aanbleef, leek een ware carrousel van kandidaat- eurocommissarissen los te barsten. De positie van Kroes wankelde. Ze lag zwaar onder vuur. Desondanks wist Balkenende haar te behouden voor de Commissie. Twee kandidaten, onder wie Buttiglione, werden vervangen. Op de Europese top van begin november presenteerde een trotse Barroso naast een glunderende Balkenende zijn nieuwe Commissie.

„De grootste hobbel die op de weg van het Nederlandse EU-voorzitterschap lag, was het besluit over Turkije”, memoreerde PvdA’er Timmermans tijdens het laatstgehouden EU-debat in de Tweede Kamer. Terugkijkend op het besluit dat de Europese regeringsleiders op hun bijeenkomst in Brussel van 16 en 17 december hebben genomen, concludeerde hij dat „dat heel goed is gegaan.”

De presidenten en premiers van de EU-lidstaten spraken met elkaar af dat de EU op 3 oktober volgend jaar toetredingsonderhandelingen zal starten met Turkije voor een EU-lidmaatschap. De top dreigde overigens op het laatste moment te mislukken, omdat Turkije weigerde Cyprus onmiddellijk te erkennen. De grote EU-lidstaten Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië schoten Balkenende echter te hulp en zodoende kon de vergadering succesvol worden afgesloten.

De Brusselse redactiechef George Parker van het in de EU zeer gezaghebbende dagblad Financial Times denkt dat Nederland op de EU-top over Turkije „misschien wel wat roekeloos heeft gehandeld, door zich niet goed te realiseren dat de Turkse premier Erdogan erg veel werd gevraagd met de erkenning van Cyprus.”

ChristenUnie-fractievoorzitter Rouvoet ging vorige week in de Kamer verder in zijn kritiek. „In diplomatieke of onderhandelingstechnische zin kan ik wel waardering opbrengen voor het resultaat van de top”, zei hij. „Het mag echter duidelijk zijn dat de ChristenUnie inhoudelijk buitengewoon ongelukkig is met de uitkomst en die uitkomst dus afwijst. Met mensen als Bolkestein en Giscard d’Estaing vrezen wij dat de toetreding van Turkije -een niet-Europees land- het einde zal betekenen van de EU. De Unie zal bezwijken onder deze nieuwe lidstaat, die naar verwachting ook nog eens meteen de grootste zal zijn. Ik betwijfel op de minister-president dan nog zo blij zal zijn dat zijn naam voor altijd verbonden zal blijven aan deze top waar de beslissende stap is gezet.”

Nederland heeft in de afgelopen zes maanden hoogstwaarschijnlijk voor de allerlaatste keer het voorzitterschap van de EU waargenomen. De in juni tot stand gebrachte grondwet voorziet namelijk in afschaffing van het systeem dat landen bij toerbeurt de Unie aanvoeren. Na de inwerkingtreding van de gemeenschappelijke constitutie gaat er een voltijdsvoorzitter aan de slag.

Balkenende drukte een persoonlijk stempel op het afscheid door in aanvulling op de lopende Europese beleidsagenda in totaal vijf conferenties over de waarden van de EU te organiseren. De serie werd geopend in Den Haag, kreeg in Warschau, Berlijn en Washington een vervolg en kwam in Rotterdam tot een afsluiting. Meer dan 200 intellectuelen van over de hele wereld discussieerden mee over de Europese waarden.

Organisator Rob Riemen noemde het in een interview met het Brabants Dagblad „ongekend in de parlementaire geschiedenis dat een minister-president het initiatief neemt tot een intellectueel debat.” Volgens hem wilde Balkenende het eerst over normen en waarden hebben. „Maar wij hebben erop aangedrongen meer fundamentele vragen ook aan de orde te stellen, zoals: Wat is Europa? en: Hoe zit het met het Europese beschavingsideaal?” We leven in een samenleving waarin het economische nut de maatstaf is, betoogt Riemen verder. Het grote gelijk van Balkenende is dat hij het debat verbreedt van economie en politiek naar de waarden van onze westerse samenleving, vindt de organisator van de conferenties.

De premier vatte tijdens de eerste sessie in de Haagse Ridderzaal de algemene Europese waarden in drie woorden samen: vrijheid, solidariteit en respect. De EU moet volgens hem leren van haar eigen verscheidenheid aan religies en culturen. „Op die manier kan worden voorkomen dat Europa een krachteloze machine wordt die uiteindelijk knarsend tot stilstand komt.”

De Franse filosoof Pierre Manent stuurde de waarde- en normendiscussie al tijdens de openingsconferentie naar de prullenmand. Het debat is een „wanhoopsgebaar”, aldus de filosoof. Er valt volgens hem niet zo veel moois meer te zeggen over de EU, waar niets meer over is van de geestdrift die de oprichters nog hadden.

Balkenende putte echter moed uit de positieve reacties die hij kreeg. Het Europese waardeproject was aanvankelijk soms met enige scepsis ontvangen, memoreerde hij in de Kamer, „maar uiteindelijk kunnen wij constateren dat er vijf buitengewoon boeiende conferenties zijn geweest.” Elders zei hij: „Als je dit onderwerp als voorzitter op de agenda hebt weten te krijgen, dan doe je iets bijzonders. Zoiets heeft nog niemand anders ooit gedaan.”

De verslagen van de bijeenkomsten zijn aan de Europese Commissie overhandigd. Die gaat ermee aan de slag, aldus de premier. „Het onderwerp burgerschap zal in het onderwijs nader worden belicht.” Het Oostenrijkse voorzitterschap, dat in 2006 van start gaat, zal de discussie voortzetten. Scheidend EU-voorzitter Balkenende heeft inmiddels ook met Luxemburg -dat het stokje van Nederland overneemt- contact gehad om te kijken of het er eveneens interesse voor heeft. Tevreden concludeerde de premier in de Tweede Kamer dat het „achteraf gezien goed is dat wij dit hebben gedaan.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer