Advies aan Hoge Raad: fout bij beëdiging geen gevolgen
Het gebruik van een verkeerde tekst bij de beëdiging van rechters bij het gerechtshof in Den Bosch hoeft niet te leiden tot het vernietigen van uitspraken in hun zaken. Dit staat in een advies van de procureur-generaal aan de Hoge Raad.
Dinsdag 19 juli maakte het gerechtshof bekend dat de beëdiging van zestien raadsheren van het hof niet juist was verlopen. Bij het afleggen van de ambtseed is niet de juiste tekst gebruikt. Het betrof raadsheren in het strafrecht en het belastingrecht, die waren beëdigd met de tekst voor gerechtsambtenaren (andere medewerkers bij het hof). De zestien raadsheren zijn opnieuw beëdigd.
De procureur-generaal wilde op korte termijn duidelijkheid scheppen over de gevolgen van het gebruik van de onjuiste tekst bij de beëdigingen. Hij diende dinsdag twee adviezen in bij de Hoge Raad, een in een strafzaak en een in een belastingzaak.
Advocaat Gerald Roethof zei eerder dat de fouten bij de beëdiging bij het hof in Den Bosch gevolgen zouden moeten hebben voor de rechtszaak tegen Jos B., die in januari in hoger beroep is veroordeeld voor het doden, misbruiken en ontvoeren van Nicky Verstappen.
De procureur-generaal stelt dat „praktisch is uitgesloten” dat raadsheren hun vak anders zouden hebben vervuld als bij hun beëdiging wel de juiste tekst was toegepast. Bovendien, zo merkt hij op, zou vernietiging van een groot aantal uitspraken „leiden tot rechtsonzekerheid en ernstige vertraging in de afdoening van zaken”.
De Hoge Raad doet waarschijnlijk op 21 oktober uitspraak.