Bezorgdheid groeit nu aantal partijen zorgakkoord afwijzen
De bezorgdheid om het slagen van het Integraal Zorgakkoord, waarin plannen staan voor de zorg in de toekomst, groeit. Het heeft alleen kans van slagen als het breed wordt omarmd, vindt branchevereniging van organisaties in de eerstelijnszorg InEen. De vereniging zegt zich zorgen te maken nu een aantal belangrijke partijen heeft laten weten het akkoord niet te steunen. Ook FNV Zorg & Welzijn, dat al eerder afstand nam, liet dinsdag weten niet van koers te veranderen.
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is ook bezorgd en riep maandag alle branche- en beroepsverenigingen nog op om het akkoord juist wel te tekenen. InEen roept het ministerie van Volksgezondheid nu op om de gesprekken met onder meer de tegenstemmers Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) en zorgbrancheorganisatie ActiZ snel voort te zetten. Het is belangrijk dat de partijen weer vertrouwen krijgen dat „de afspraken uit het zorgakkoord ook gerealiseerd worden”. De afgelopen jaren zou het vertrouwen beschadigd zijn tussen zorgverzekeraars, huisartsen en andere partijen in de eerstelijnszorg. Die zorgen moet het ministerie wegnemen.
Volgens InEen is het zorgakkoord noodzakelijk om de zorg toekomstbestendig te maken. „De urgentie om keuzes te maken en de zorg op onderdelen anders in te richten is groot. Een betere samenwerking tussen alle zorgpartijen en met het sociaal domein is daarbij cruciaal.” Onder de branchevereniging vallen onder meer gezondheidscentra en huisartsenposten. Individuele huisartsen vallen onder beroepsvereniging LHV.
Het Integraal Zorgakkoord moet voor Prinsjesdag gesloten zijn. Organisaties uit het hele zorgveld praten erover mee, maar ook de belangenorganisatie MIND en de beroepsorganisatie voor verzorgenden en verpleegkundigen NU’91 hebben gezegd het zorgakkoord niet te steunen. Die laatste club zit overigens niet aan tafel bij de besprekingen tussen zorgorganisaties en het kabinet over het zorgakkoord.
Ook de FNV heeft zich nu dus definitief bij de weigeraars aangesloten, al zit ook die vakbond niet aan tafel. „Bij de eerste schetsen zagen wij al dat dit akkoord geen enkele positieve invloed op de arbeidsmarkt heeft, waarmee je ook maar één zorgmedewerker extra kunt behouden”, zegt Bert de Haas, bestuurder FNV Zorg & Welzijn. De vakbond ziet volgens eigen zeggen vooral een minister die alleen maar bezig lijkt met de financiële houdbaarheid van de zorg. „Nu andere grote partijen zich ook terugtrekken is er helemaal geen draagvlak meer en moet de minister met een nieuw plan komen”, aldus De Haas.