Hof velt oordeel over Murat
Krijgt Murat D. een straf volgens het volwassenenstrafrecht, of kiest het gerechtshof in Den Haag voor een veroordeling op grond van het jeugdstrafrecht? Dat is de vraag die centraal staat als het hof donderdagmiddag het vonnis wijst tegen de leerling die in januari zijn leraar en onderdirecteur H. van Wieren van het Haagse Terra College doodschoot.
Eerder dit jaar legde de rechtbank de jongen nog vijf jaar cel en tbs op wegens de moord, die in de schoolkantine werd gepleegd in aanwezigheid van veel medescholieren. De rechtbank nam de opmerkelijke beslissing, Murat was 16 toen hij Van Wieren doodschoot, wegens de ernst van het feit en de noodzaak van een langdurige tbs-behandeling. Deskundigen en de advocaten van Murat hebben altijd hun voorkeur uitgesproken voor een vonnis op basis van het strafrecht voor jeugdigen.
Onder jeugdstrafrecht duurt een tbs-behandeling maximaal zes jaar en een celstraf maximaal twee jaar. Net als het OM en de gedragsdeskundigen achtten de kinderrechters het onwaarschijnlijk dat het gedrag van Murat in dat tijdsbestek voldoende verbetert.
Als het gerechtshof het vonnis van de rechtbank overneemt, kan Murat in de zomer van 2005 beginnen met zijn tbs, die een onbeperkte duur heeft. Murat kan dan zijn hele leven vast blijven zitten.
Kiest het hof toch voor het jeugdstrafrecht, dan begint de tbs-behandeling ook volgend jaar zomer. Door de beperkte duur van een tbs-behandeling onder het jeugdstrafrecht blijft Murat in dit geval tot uiterlijk de zomer van 2011 in behandeling.