CDA en D66 willen nog altijd enquête
Van de politieke partijen bepleiten in elk geval CDA en D66 het instellen van een parlementaire enquête om tot een goede politieke afwikkeling te komen van het Srebrenica-drama. SGP-kamerlid Van den Berg spreekt van een „gedegen rapport en een helder overzicht dat duidelijk antwoord geeft op relevante vragen.” Van een enquête is de SGP niet geporteerd.
Alle politieke partijen loven de degelijkheid en volledigheid van het NIOD-rapport. Het CDA spreekt van een „goed rapport dat veel onterechte verwijten in de richting van Dutchbat heeft ontkracht.” Het onderzoek is helder over de verantwoordelijkheden van alle betrokken partijen, met name ook die van de politiek, stelt een woordvoerder van de fractie. „Die politieke verantwoordelijkheid is met het besluit over de uitzending van militairen, dus al onder Lubbers III, ingezet.”
Vreemd vindt het CDA het wel dat over de na de uitzending ontstane situatie in het rapport relatief weinig wordt gezegd. „Je krijgt de indruk dat dit als een ”fait accompli” wordt beschouwd. Is het rapport over de uitzending én over de verdere afwikkeling na de val van Srebrenica door minister Voorhoeve scherp en helder, over de tijd dat onze jongens in de enclave zaten en over hoe de verantwoordelijkheden toen zijn ingevuld, vinden we maar een paar zinsneden. Zo staat er in de epiloog dat in Nederland de verantwoordelijkheden van een premier nu eenmaal niet zo ontwikkeld zijn. Maar dat is toch wat mager. Graag hadden wij een duidelijker oordeel gezien over hoe Kok met de situatie ná de uitzending is omgegaan”, aldus de fractiewoordvoerder.
Ook D66-woordvoerder Bakker spreekt van een „indrukwekkend rapport”, waar hij qua informatie „weinig aan toe heeft te voegen.” Het rapport geeft een „onthullend beeld van de Nederlandse naïviteit in 1993”, stelt Bakker, die woensdag vroeg al voor 6.00 uur in Nieuwspoort aanwezig was om het onderzoek persoonlijk in ontvangst te nemen. „Maar het beeld is net zo onthullend als het gaat om de onmacht van Nederland en de VN om na de uitzending de gang van zaken beslissend te beïnvloeden en als het gaat om gemaakte fouten bij de afwikkeling.”
De Nederlandse regering heeft de landmachttop te lang gelegenheid geboden om zaken in de doofpot te stoppen, zegt Bakker. „De politiek zelf heeft bij mijn weten geen doofpot gehanteerd.”
„Achteraf moet worden vastgesteld dat in de toen gegeven situatie het besluit tot uitzending van Dutchbat niet verantwoord was”, stelt de SGP-fractie. „De analyse van het NIOD komt sterk overeen met de kritische geluiden die wij van meet af aan hebben laten horen. Aan het besluit destijds lagen meer ideële motieven ten grondslag dan politiek-strategische en militaire afwegingen. De Tweede Kamer draagt duidelijk medeverantwoordelijkheid voor de genomen besluiten.”
Verder bevestigt het rapport volgens SGP-kamerlid Van den Berg „dat de val van Srebrenica in de gegeven omstandigheden onvermijdelijk was en niet kan worden toegeschreven aan het falen van Dutchbat. Dit laatste is ook steeds onze visie geweest.”
Naar de mening van de SGP zijn met het rapport van het NIOD de feiten voldoende boven tafel gekomen. „De rapportage van het NIOD biedt voldoende basis om te oordelen over de verantwoordelijkheden. De SGP heeft daarom geen behoefte aan een parlementaire enquête over dit onderwerp.” Mocht er toch besloten worden tot een parlementaire enquête, dan is het volgens de SGP de vraag „of de Tweede Kamer het meest geschikte gremium is.” De SGP denkt eerder aan de Eerste Kamer.