Pianist en pedagoog Jan Wijn (88) overleden
De gelauwerde pianist en pianopedagoog Jan Wijn is dinsdagavond op 88-jarige leeftijd in het ziekenhuis in Amersfoort na een kort ziekbed overleden. Zijn lange carrière begon ooit na het horen van de Bijbelse gelijkenis van de talenten, vertelde hij in 2020 in een interview met het Reformatorisch Dagblad.
De familie van Wijn heeft zijn overlijden aan het ANP gemeld. Wijn werd in 1934 in Amsterdam geboren. Hij haalde in 1955 zijn solistendiploma aan het conservatorium in de hoofdstad. In 1960 won hij de eerste prijs op een pianoconcours in de Spaanse stad Ourense.
Wijn trad regelmatig op in binnen- en buitenland, maar moest in 1976 zijn carrière beëindigen vanwege verlammingsverschijnselen aan zijn rechterhand. In 1997 zei hij hierover in een interview met het Reformatorisch Dagblad (RD): „Hoe gek het ook klinkt: ik ben het pianospelen pas goed gaan begrijpen toen ik problemen met mijn rechterhand kreeg.”
Toppianisten
Wijn legde zich toe op pianospelen met zijn linkerhand. Hij was tussen 1962 en 1968 docent aan het Brabants conservatorium in Tilburg en daarna tot 2020 verbonden aan het conservatorium van Amsterdam.
Veel toppianisten kregen les van Wijn; in zestig jaar tijd doceerde hij aan onder anderen Ronald Brautigam, Wibi Soerjadi, Ivo Janssen, Marietta Petkova, Hannes Minnaar en Lucas en Arthur Jussen. Verder zat hij in jury’s van nationale en internationale concoursen, en was hij jarenlang lid van de raad van advies van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds.
Talenten
Wijn was niet christelijk opgevoed, maar de Bijbel speelde een belangrijke rol in zijn keuze voor een leven in de muziek, vertelde hij in 2020 tegen het RD. Op zijn school, het Christelijk Lyceum in Bussum, hoorde hij als leerling tijdens een weekopening de gelijkenis van de talenten (Mattheüs 25:14-30). „Daar viel voor mij het kwartje. De ene dienaar stopte zijn talent in de grond, de anderen gingen ermee woekeren. Ik bezat talent om piano te spelen, dus besloot ik dat talent niet te begraven. Mijn eigen pianoleraar had het mij afgeraden: „Het muzikantenbestaan is hard en moeilijk en er is geen droog brood mee te verdienen.” Maar de gelijkenis van de talenten gaf de doorslag. Ik moest naar het conservatorium.”
De pianodocent had uitgesproken opvattingen over zijn vak. Een pianist moet „doorgeefluik” van een componist zijn, zo zei hij in 1997. „Als men na afloop [van een concert] applaudisseert, denk ik wel eens: „Jullie klappen nu allemaal voor iemand die pronkt met andermans mooiste veren.” De mensen moeten met de gedachte naar huis gaan dat dit of dat stuk een geweldig werk is, en in veel mindere mate dat die musicus dat toch wel met een geheel eigen visie gespeeld heeft. Daarom stoort het me ontzettend dat sommige pianisten alles ”super” spelen. Zacht wordt superzacht, langzaam wordt superlangzaam, snel wordt supersnel, enzovoorts. Men beseft niet dat het moeilijkste het mezzoforte spelen in een andante is. Vroeger kon ik die uitwassen beter hebben.”
Onderscheiden
Wijn is vorig jaar oktober onderscheiden met de Frans Banninck Cocqpenning vanwege „zijn grote artistieke en pedagogische verdiensten als pianist en hoofdvakdocent aan het Conservatorium van Amsterdam.”
In 2009 is hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. De gemeente Amsterdam noemde Wijn „een van de meest gewaardeerde en succesvolle pianopedagogen van Nederland.”