Leerplichtleeftijd gaat naar 4 jaar
„Wat u voorstelt, is een kanon om op een mug te schieten.” Dat zei staatssecretaris Adelmund van Onderwijs twee jaar geleden in de Tweede Kamer over het voorstel de leerplicht te verlagen van 5 naar 4 jaar. Woensdagavond verdedigt de bewindsvrouw in de Tweede Kamer echter wel een wetsvoorstel van die strekking. Hoe kan dat?
Tijdens de samenvoeging van het kleuter- en lager onderwijs tot basisonderwijs halverwege de jaren ’80 is de leerplichtige leeftijd verlaagd van 6 naar 5 jaar. De discussie over verdere verlaging begon in het begin van de jaren ’90. Verscheidene kabinetten hielden de boot af. Ook de huidige staatssecretaris van Onderwijs, Adelmund, was steeds tegen.
GroenLinks-kamerlid Rabbae zette het onderwerp de achterliggende jaren regelmatig op de politieke agenda. Verlaging van de leerplicht helpt volgens hem bij het bestrijden van achterstanden van met name nieuwkomers. Het liefst wil hij een verlaging naar 3 jaar, zodat kinderen vanaf zeer jonge leeftijd zich de Nederlandse taal en cultuur eigen kunnen maken.
In de coalitie van PvdA, VVD en D66 bestaat onenigheid over de kwestie. De PvdA is voor, VVD en D66 zijn tegen.
Staatssecretaris Adelmund verzette zich namens de regering tegen de verlaging. Ze wees er steeds op dat 98 procent van de 4-jarigen al naar school gaat. „Daarom is een wettelijke maatregel op dit punt als het schieten met een kanon op een mug”, zei de bewindsvrouw op 22 maart 2000 letterlijk in de Kamer. Ze achtte een betere voorlichting voldoende.
Tegenover een deel van de coalitie dat zich verzet tegen verlaging van de leerplichtige leeftijd, staat een kamermeerderheid die ervoor is. De CDA-fractie is ook voor verlaging. Volgens kamerlid Ross is de verlaging goed voor het tegengaan van achterstanden en voor „de doorlopende leerlijn in het jeugdbeleid.”
Ook de PvdA is voor verlaging. Fractieleider Melkert zei begin maart 2000 dat weliswaar 98 procent van de 4-jarigen naar school gaat, maar dat ouders van allochtone kinderen maar in driekwart van de gevallen besluiten hun kind in groep 1 te plaatsen. Terwijl het voor hen juist het hardst nodig is.
Op 21 november 2000 aanvaardde de Tweede Kamer een motie van CDA en PvdA waarin de regering officieel werd gevraagd met een voorstel te komen om de leerplicht te verlagen van 5 jaar naar 4 jaar. GroenLinks hielp de motie aan een meerderheid. Adelmund was tegen.
Amper twee weken later bleek dat het standpunt van Adelmund 180 graden was gedraaid. Eerder wilde ze geen wetswijziging indienen, maar op 1 december 2000 beloofde ze de wens van de Kamer te respecteren.
Woensdagavond staat de plenaire behandeling van de wet op de agenda. Alleen VVD, D66, ChristenUnie en SGP verzetten zich tegen verlaging. Volgens ChristenUnie-kamerlid Slob staat het gekozen middel, de verlaging van de leerplicht, in geen verhouding tot het doel, namelijk het wegwerken van achterstanden bij nieuwkomers. „Voor het wegwerken van de achterstanden zijn veel andere mogelijkheden. Nu ontneem je ouders de keuzevrijheid om hun kind langzaam te laten ingroeien in het schoolritme.”
Slob heeft een amendement ingediend om ouders van 4-jarigen het recht te geven hun kind tien uren van de 22 uur lestijd sowieso thuis te houden. Voor 5-jarigen geldt thans zo’n regel voor vijf uur per week. Adelmund wil voor 4-jarigen niet verder gaan dan deze vijf uur. Naast deze regeling kan de schooldirecteur op verzoek van de ouders nog eens voor vijf uur vrijstelling geven. Of het amendement een meerderheid krijgt, blijkt woensdagavond. CDA-kamerlid Ross zei woensdagmorgen dat ze er sympathiek tegenoverstaat. Als alle tegenstanders het wijzigingsvoorstel steunen, is er een ruime meerderheid voor.