DuPont aansprakelijk voor schade oud-medewerkers door oplosmiddel
Vijftien mensen die tijdens hun werk in een chemiefabriek in Dordrecht zijn blootgesteld aan gevaarlijke concentraties van een oplosmiddel, kunnen mogelijk een schadevergoeding krijgen. De rechter heeft in een tussenvonnis bepaald dat het bedrijf DuPont aansprakelijk is voor eventuele schade. Dat is een belangrijke stap in het proces voor de eisers.
Het bedrijf produceerde tussen 1964 en 2004 het materiaal lycra. Dat wordt onder meer gebruikt voor sportkleding. De bewuste fabriek werd in 2004 verkocht en twee jaar daarna gesloten. Bij het maken van lycra gebruikte het bedrijf onder meer DMAc als oplosmiddel.
DuPont nam volgens de kantonrechter wel maatregelen om werknemers tegen blootstelling te beschermen, maar op twee punten schoot het bedrijf daarin tekort. Zo werd te weinig gedaan om de hoeveelheid DMAc in de lucht te beperken. Ook verzuimde het bedrijf om te voorkomen dat medewerkers huidcontact hadden met lycragaren, omdat daarin nog het oplosmiddel aanwezig was.
„Het bedrijf had haar werknemers ook beter moeten informeren over de gevaren van DMAc”, voegt de rechter eraan toe. Specifiek kan deze stof schadelijk zijn voor ongeboren kinderen en voor de vruchtbaarheid. Een van de oud-medewerkers die een zaak aanspanden, is een vrouw die haar zoontje verloor na een vroeggeboorte. Het jongetje kwam al na dertig weken zwangerschap ter wereld. Haar tweede zwangerschap liep beter af, maar haar dochter had wel een laag geboortegewicht.
Met dit oordeel is de zaak nog niet afgedaan. Oud-werknemers zullen nog wel moeten bewijzen dat de schade die ze hebben geleden daadwerkelijk is veroorzaakt door hun werk bij de fabriek. „Het feit dat de werknemers niet voldoende zijn geïnformeerd betekent niet zonder meer dat de schade die de werknemers hebben geleden daarmee in een oorzakelijk verband staat”, aldus de rechter.
Vakbond FNV, die de werknemers vertegenwoordigt, noemt het een „fantastische overwinning”. De advocaat van de bond wil DuPont na de zomer uitnodigen voor een gesprek. Doel is dan om onderling een regeling af te spreken, nu de rechter de aansprakelijkheid van het bedrijf heeft vastgesteld. „Eindelijk erkenning voor het leed dat de vrouwen is aangedaan”, noemt vicevoorzitter Kitty Jong de uitspraak.
Eiser Romy Hardon, die een doodgeboren kindje kreeg en dat wijt aan haar werk, zegt in een verklaring dat ze opgelucht is over de uitkomst. „Zij hebben ons jarenlang uit winstbejag zo laten werken. Ik had daar helemaal niet mogen werken in mijn vruchtbare periode.”