Limburg heeft grote moeite met stikstofplannen kabinet
Provinciale Staten van Limburg hebben grote moeite met de stikstofplannen van het kabinet. De Statenfractie van het CDA diende vrijdag tijdens een debat over de startnotitie van minister Christianne van der Wal (VVD, Natuur en Stikstof) een motie in waarin gesteld wordt dat de provincie Limburg geen uitvoering geeft aan de plannen van de minister. De VVD diende een motie in waarin wordt gevraagd afstand te nemen van de startnotitie. Deze en enkele andere moties worden vrijdagmiddag in stemming gebracht.
Het CDA wil dat de provincie verdergaat met de uitvoering van een al langer bestaand provinciaal plan voor de aanpak van stikstof en het verbeteren van de natuur. Doelen voor de reductie van stikstof moeten haalbaar zijn en dat zijn de kabinetsplannen niet, aldus zowel het CDA en de VVD, die samen met Lokaal Limburg het debat voor vrijdag aanvroegen. De rechtse partijen in de Staten waren nog radicaler in het verwerpen van de stikstofplannen.
Ook de voor stikstof verantwoordelijke GroenLinks-gedeputeerde Geert Gabriëls heeft moeite met de kabinetsplannen. Op zich steunt hij de doelstelling wel, maar de richtlijnen, instrumenten en het perspectief voor de boeren zijn volstrekt onduidelijk, aldus Gabriëls. Ook moet er duidelijkheid komen over het verdienmodel voor de boeren. „Dit moet allemaal duidelijk zijn voor we echt aan de slag kunnen gaan”, zei hij.
„We streven de maximale doelen na”, steunt Gabriëls de startnotitie, maar voegt hij daaraan toe: „Niet als een kip zonder kop, met maximale aandacht voor de leefbaarheid van het platteland.”
Mét de Staten betreurt Gabriëls het dat het kabinet nog geen duidelijkheid heeft gegeven over de aanpak van industrie en andere sectoren, die ook bij moeten dragen aan stikstofreductie. Die duidelijkheid komt er pas volgend jaar, terwijl de provincies voor juni al uitgewerkte plannen rond moeten hebben.
De Limburgse Staten willen dat ook andere sectoren dan alleen de boeren bijdragen aan de stikstofreductie, waarbij het zo is dat minder reductie door bijvoorbeeld industrie of luchtvaart ruimte schept voor boeren. Daar kan nu niet aan gewerkt worden omdat daarover geen duidelijkheid bestaat, aldus Gabriëls.