Ex-crimineel Joop Gottmers was ooit „lief knulletje”
Hij was een „lief, klein knulletje”, maar werd grootgebracht tot „meedogenloze vechtmachine.” De stap naar de onderwereld was toen niet groot meer, laat het verhaal van ex-crimineel Joop Gottmers zien. Hij sprak woensdagavond bij studentenvereniging CSFR in Amsterdam.
In de „allerberuchtste wijk van Nederland” komt Gottmers ter wereld: de Kaap in Rotterdam. Tientallen keren ziet de kleine Joop hoe zijn vader, barman met een eigen knokploeg, zijn moeder knock-out slaat. Zelf krijgt hij ook klappen. Zo hard dat volgens hem op een keer de „bloedspetters tegen het plafond” zitten.
Een verhuizing naar het Brabantse Halsteren maakt het er niet beter op. Zijn nieuwe plaatsgenoten moeten het Rotterdammertje niet. Joop wordt vernederd en gepest. „Ga maar op boksen, dan kun je terugslaan”, zegt zijn vader. „Ik zou een product worden van die man”, vertelt Gottmers de studenten.
De Amsterdamse afdeling van CSFR stond afgelopen jaar stil bij de opvoeding en ontwikkeling van criminelen, de rechtspraak, recherchewerk en de ethiek daarvan. Voor de laatste avond nodigde het dispuut een ervaringsdeskundige uit.
Kogelvrij vest
Dat zijn leven verandert en dat hij de Heere Jezus leert kennen, is „louter genade”, zegt Gottmers als hij zijn indrukwekkende levensverhaal deelt. De crimineel die sloten geld verdient, doet meerdere pogingen om een einde aan zijn leven te maken. Dan ontmoet hij een man die hem uitnodigt voor een Bijbelstudie. Gottmers lacht hem uit. „Je weet niet wie je voor je hebt. Ik durf alles!” „O ja?” vraagt de man. „Dan ga je toch mee?”
Die maandagavond gaat Gottmers „helemaal para van de drugs” naar de Bijbelstudie. „Kogelvrij vest aan, pistool mee. Ik heb in m’n leven alles een kans gegeven, dus ik wilde God ook wel een kans geven.”
Niet lang daarna wordt hij gearresteerd. In de gevangenis geeft de dienstdoende cipier hem een Bijbel. „Daar stonden uiteindelijk alle antwoorden in waar ik m’n hele leven naar gezocht heb. De Heilige Geest kwam in mij wonen. Uit het niets werd ik smoor- en smoorverliefd.”
Lange tijd heeft Gottmers moeite om te geloven „dat God in Zijn liefde overal bij is.” Hij leert echter uit de Romeinenbrief dat alles moet meewerken ten goede. „God heeft alles, ook in mijn jeugd, toegelaten om mij te gebruiken in Zijn Koninkrijk. Ik denk altijd maar: de Heere Jezus is een nog veel moeilijkere weg voor mij gegaan. Hij heeft Zijn leven gegeven.”
Geestverruimend
Door het gedoogbeleid is Nederland een „gigastaat van softdrugs” geworden, betoogt Gottmers. Hij keert zich fel tegen legaliseren. „Wat mij verschrikkelijk tegenstaat, zeker als christen, is dat softdrugs geestverruimend werkt. Je komt in een geestelijke wereld terecht, maar dat is niet de wereld van God.” Bovendien, stelt hij, kom je er maar moeilijk uit.
De ex-crimineel weet er zelf alles van. Als zijn vriendin hem vertelt dat hij vader wordt, neemt hij zich voor: „Mijn kind zal wél liefdevol opgevoed worden. Ik stap de onderwereld uit.” Het gebeurt niet.
Voor haar eerste verjaardag wil Gottmers –multimiljonair– zijn dochter het mooiste cadeau ooit geven: een vader die nooit meer drugs gebruikt. „Drie weken later pakte ik haar cadeautje weer af.”
Alcohol
„Aan alcohol zit net als aan softdrugs een aanvaardbaar risico”, houdt een van de studenten de spreker voor. „In de kerk, zeker in reformatorische kerken, wordt naar mijn idee veel te veel gedronken”, stelt Gottmers. „Sorry”, verontschuldigt hij zich naar de zaal.
„Alcohol neemt je lichaam in beslag. Het vergiftigt je. Ja, de Heere Jezus veranderde water in wijn. Maar dat was op een bruiloftsfeest, niet op een doordeweekse dag. Daarom bewaar ik alcohol voor bijzondere momenten.”