Vissen met aangetrokken handrem
Vrijuit vissen behoort allang tot het verleden. Door de krappe quota doen de vissers hun werk dit jaar zelfs met aangetrokken handrem. Met spanning wachten ze op de vaststelling van de toegestane vangsthoeveelheden voor 2005. Maandag en dinsdag hakken de Europese visserijministers knopen door.
Het is ieder jaar hetzelfde liedje. Biologen adviseren op basis van onderzoek een daling van visquota om schol, tong en kabeljauw te beschermen. De visserijsector probeert met praktijkvoorbeelden deze theoretische onderzoeken te weerleggen. De spanning loopt op en bereikt een climax in de dagen voor Kerst. De Europese visserijministers hakken dan knopen door. In de afgelopen jaren trok de sector veelal aan het kortste eind, de maximaal toegestane vangsthoeveelheden voor tong, schol en kabeljauw daalden voortdurend.
„Het is spannend, een verdere daling vind ik volstrekt onaanvaardbaar. Vissers vissen het hele jaar al met aangetrokken handrem”, zegt P. A. Louwerse. Hij is directeur van de visafslag Insula in Harlingen. Deze veiling is eigendom van de Producentenorganisatie Oost, waarvan veel Urker vissers lid zijn. Vorig jaar bracht de veilingklok 40 miljoen euro omzet binnen. Daarmee is Harlingen de derde afslag van Nederland, in kilogrammen aangevoerd product schuift de veiling nog een plaatsje omhoog. De Urker visafslag is de onbetwiste koploper.
„Vroeger deden de dalingen minder pijn”, aldus Louwerse. „De hoeveelheden waren nog ruim voldoende om ongestoord te vissen. Toen de vissers daadwerkelijk hun vangsten moesten terugschroeven, compenseerde een hogere prijs het omzetverlies. Die rek is er nu uit.”
De prijs van schol staat zelfs onder druk. „Uit het Verre Oosten komen vervangende vissoorten als yellowfish en pangazi. Die soorten kunnen handelaren op bestelling leveren. Het zijn daarmee vanaf dit jaar serieuze concurrenten voor de Nederlandse schol.”
Dit jaar staat het scholquotum op het absolute dieptepunt van 61.000 ton. „Als je dan hoort dat biologen 35.000 ton adviseren, schrik je je wezenloos. De hoeveelheid moet minimaal naar 70.000 ton. De voorstellen voor tong zijn helemaal onbegrijpelijk. Terwijl zelfs biologen concluderen dat de tongbestanden zich herstellen, wil de Commissie een daling.”
Louwerse ergert zich ook aan organisaties die pleiten voor het sluiten van zeegebieden om kabeljauw te sparen. „Het is zo wrang. De echte kabeljauwvissers zijn in het verleden al weggesaneerd. Door deze gebieden te sluiten wordt de boomkorvloot, die slechts een gering percentage kabeljauw vangt, onevenredig zwaar getroffen.”
Het Wereld Natuur Fonds sprak deze week over „verwoestijning van de zee.” Louwerse: „Ik ben van huis uit een boerenjongen. Als je met een akker niets doet, krijg je geen bieten, uien en aardappelen. Land moet je bewerken, dat is onze bijbelse opdracht. Boomkorvisserij zorgt voor beroering van de zeebodem. Dat bevordert het leven. Doe je niets, dan slaat alles dood.”
Binnen de sector klinkt vaak de roep om meerjarenquota, zodat betere investeringsplannen mogelijk zijn. Louwerse plaatst echter een kanttekening. „Het is het verkeerde moment voor een meerjarenplan nu de quota op een dieptepunt staan. Pas als de hoeveelheden een stijgende lijn vertonen, zit er muziek in.”
De sector verwacht veel van minister Veerman. Tijdens een congres vorige maand in Urk beloofde hij pas uit Brussel terug te komen als hij de vissers onder ogen durfde te komen. „Als EU-voorzitter vervult hij een dubbele rol. Hij mag niet alleen voor eigen parochie preken.”
De minister pleit ook voor veranderingen binnen de sector. Zo zouden visafslagen moeten fuseren. „Ik ben het met Veerman eens. Een aantal van vier of vijf visafslagen is best haalbaar, maar individuele belangen verhinderen vooralsnog een concentratie van het aantal veilingpunten. Het aantal plaatsen waar vissers hun vis aan land kunnen brengen, kan echter niet naar beneden. Een bezuiniging op het controleapparaat van de minister is dus niet mogelijk.”
Handelaren pleiten verder voor een betere spreiding van het aanbod. „Veel vissers respecteren gelukkig nog de zondagsrust en willen dan niet op zee zijn. Daarom kennen we een piek rond het weekend. Dat zal niet veranderen. Verder kun je vis niet vergelijken met fruit. Een appel stop je in de koelcel en bied je aan als de markt erom vraagt. Zo werkt het bij vis natuurlijk niet. Eén stormweek en we kunnen niet of nauwelijks leveren aan de supermarkt.”
Louwerse ziet wel voordelen in het promoten van verse vis, geschikt voor export. „Door de fellere concurrentie moeten we van schol iets exclusiefs maken. Denk bijvoorbeeld ook aan scholgerechten voor magnetronhuishoudens. Die taak ligt vooral bij de handel, de afslagen zijn daar niet voor ingericht en kunnen dat zeker niet goedkoper.”