Dat meldt het medische tijdschrift The Lancet in een speciale interneteditie naar aanleiding van een studie door onderzoekers van het Duke University Medical Center in de Amerikaanse stad Durham.

Tijdens een inwendig onderzoek van de dikke darm (colonscopie) wordt 98 procent van de grotere tumoren (1 centimeter of meer in doorsnee) en 99 procent van de kleine tumoren (6 tot 9 millimeter) ontdekt. Bij een onderzoek waarbij alleen contrastvloeistof -in dit geval bariumpap- in de darm wordt gebracht (een colon-inloopfoto) wordt respectievelijk slechts 48 procent en 35 procent van de tumoren ontdekt. Bij onderzoek van de darm door middel van een CT-scan liggen deze percentages op respectievelijk 59 en 51.

De uitkomsten van de studie hebben volgens hoofdonderzoeker dr. Don Rockey grote gevolgen voor het doen van bevolkingsonderzoek. Inwendig onderzoek is volgens Rockey -op dit moment- veruit superieur vergeleken met de andere methodes. Op het bariumpapfront verwacht hij weinig verandering meer, maar voor wat betreft de CT-scan is er sprake van een stormachtige ontwikkeling. „Darmonderzoek door middel van een CT-scan verbetert snel in kwaliteit. Er is grote vooruitgang op dit gebied.”

Jaarlijks wordt in Nederland bij ruim 9000 mensen de diagnose darmkanker gesteld. Kankerspecialisten pleiten al langere tijd voor bevolkingsonderzoek. Door vroege opsporing zou de sterfte met 15 tot 20 procent kunnen dalen.

Eenmalig inwendig onderzoek van de darm rond het vijftigste levensjaar is effectief, aldus prof. dr. E. Kuipers, gastro-enteroloog in het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam. Met een eenmalige colonscopie is mogelijk 60 tot 70 procent van de gevallen van darmkanker te voorkomen. Dergelijk onderzoek zou wel een drastische uitbreiding vergen van de huidige onderzoekscapaciteit. Jaarlijks zouden 200.000 vijftigplussers moeten worden onderzocht.

Daarnaast is er de mogelijkheid van opsporing van met het blote oog onzichtbare minuscule hoeveelheden bloed in de ontlasting, de zogeheten Fecaal Occult Bloedtest (FOBT). Bij deze vorm van kankeronderzoek worden ongeveer de helft van de aanwezige darmtumoren ontdekt. De test mist echter nagenoeg altijd poliepen. Een ander nadeel is dat er in de helft van het aantal gevallen een afwijkende uitslag uit de bus komt terwijl er niets aan de hand is. De Kankerbestrijding is voor deze vorm van onderzoek omdat er toch 15 tot 20 procent van het aantal kankergevallen vroegtijdig mee wordt opgespoord. Bovendien is het onderzoek gemakkelijk uit te voeren in afwachting van eventueel betere methoden van bevolkingsonderzoek.

Verkeerde voeding speelt een rol bij het ontstaan van dikkedarmkanker. Van rood vlees en vleeswaren is in diverse onderzoeken aangetoond dat ze het risico op dikkedarmkanker verhogen. Hetzelfde geldt voor de inname van te veel calorieën. Omega-3-vetzuren uit vette vis verlagen het risico evenals calcium uit melkproducten.