Volgens het bestuursrechtscollege heeft Rozendaal een fout gemaakt bij het berekenen van de bijdrage voor het vervoer van de zoon van de Eerbeker J. Leidekker naar een protestants-christelijke school. Leidekker woont midden in het natuurgebied Veluwezoom.

Rozendaal weigert Leidekker een deel van de vervoerskosten te vergoeden. Om daarvoor in aanmerking te komen, moet de „kortste voor de leerling voldoende begaanbare en veilige weg” naar de dichtstbijzijnde school van de bewuste identiteit langer zijn dan 6 kilometer. Vervolgens beoordeelt de gemeente aan de hand van het inkomen of zij de resterende kilometers vergoedt.

Volgens Rozendaal is de kortste weg van Leidekkers woning in het bos naar de protestants-christelijke school in Eerbeek 6,8 kilometer. Dat is volgens de gemeente te weinig om voor subsidie in aanmerking te komen, omdat zij de eerste 6 kilometer er sowieso van aftrekt.

Volgens Leidekker is de route voor die 6,8 kilometer zeer slecht begaanbaar. De gemeente onderhoudt de weg slecht om te voorkomen dat Eerbekers deze wegen als sluiproute naar de A50 gebruiken. Leidekker rijdt altijd, via een andere route naar Eerbeek, van 9,8 kilometer lang.

De Raad van State stelt echter vast dat de gemeente terecht uitgaat van de kortst mogelijke route. De begaanbaarheid van de weg speelt geen rol. Wel maken de gemeente en de rechtbank een fout door bij voorbaat 6 kilometer van de afstand af te trekken. De gemeente moet een kostenberekening op basis van 6,8 kilometer maken. Daarna kan zij nog beslissen of ze een bedrag aftrekt.

Overigens mag Rozendaal wel 18 cent per kilometer vergoeden in plaats van de door Leidekker gevraagde 28 cent.