Huisartsen weten niet of ze doorgaan met werk
Amsterdam. Slechts een krappe 20 procent van de huisartsen in Nederland denkt in 2037 nog steeds huisarts te zijn. Ruim de helft geeft aan niet te weten of ze de komende vijftien jaar zullen doorgaan met hun werk.
Dat blijkt uit een woensdag verschenen onderzoek van het journalistieke collectief Spit voor De Groene Amsterdammer en Trouw. De overige huisartsen hebben hun pensioen al in het vizier (12 procent) of gaven aan niet te weten wat ze moesten antwoorden op de vraag of zij in 2037 nog steeds huisarts denken te zijn.
Spit deed de voorbije maanden onderzoek naar het huisartsentekort. Het collectief hield een enquête onder ruim 600 huisartsen en voerde uitgebreide gesprekken met ruim twintig van hen.
Uit het onderzoek blijkt dat huisartsen hun vak als zwaar ervaren. Zo is de werk-privébalans verstoord, geven ze aan dat de nacht- en weekenddiensten hun tol eisen en is er een tekort aan ondersteunend personeel. Ook het almaar uitdijende takenpakket, problemen elders in de zorg en hoge huisvestingskosten zorgen volgens de artsen voor werkdruk.
Onderzoeksbureau Nivel verwacht in Zeeland een tekort van 40 procent over zes jaar. De organisatie voorspelt dat de huisartsenzorg op korte termijn ernstig uit evenwicht zal raken. Het aantal huisartsen is dan ontoereikend voor de zorgvraag.