Minister hoopt dat wethouders zich vrijwillig laten screenen
Nu de gemeenteraadsverkiezingen zijn geweest en in gemeenten nieuwe colleges van burgemeester en wethouders worden gevormd, hoopt het kabinet dat nieuwe wethouders gescreend worden op integriteit. Een nieuwe wet waarmee dat moest worden afgedwongen is nog niet klaar, schrijft minister Hanke Bruins-Slot van Binnenlandse Zaken in een brief aan de burgemeesters. Ze hoopt dat de kandidaten vrijwillig willen meewerken.
Volgens het wetsvoorstel moet het onder meer verplicht worden om een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) te kunnen overleggen. Bruins-Slots voorganger Kajsa Ollongren dacht in november dat de wet op 1 april zou kunnen ingaan, maar met nog maar een paar dagen te gaan is hij niet eens besproken in de Tweede Kamer. Daarom heeft de minister de burgemeesters de brief verstuurd met een oproep erin.
Burgemeesters kunnen de beoogde wethouders vragen of ze vrijwillig een VOG willen aanvragen en een risicoanalyse op het gebied van integriteit willen doen, schrijft Bruins-Slot. Daarin zou bijvoorbeeld gesproken moeten worden over financiële belangen van de kandidaten en of ze hebben gelogen op hun CV, maar ook over zaken als geheimhouding. „In de kern gaat het om houding en gedrag, om het goede doen, ook als niemand kijkt, en om bewustwording van risico’s en kwetsbaarheden”, aldus de minister.
De burgemeesters moeten volgens de brief zelf kijken hoe ze het best kunnen toezien op de integriteit van het bestuur in hun gemeenten. Ze zegt zich te realiseren dat zo’n check in de lokale politiek „ook spanningen met zich mee kan brengen”. Aan de andere kant hebben gemeenten vaak zelf al afspraken gemaakt over dit onderwerp. Uiteindelijk bepaalt de gemeenteraad wie wethouder wordt.
Anders dan de wethouders worden burgemeesters zelf benoemd door de kroon, waardoor ook de screening anders is geregeld. Het ministerie van Binnenlandse Zaken laat de favoriet voor de post doorlichten door de AIVD en de Belastingdienst. Ook het strafblad wordt gecheckt.