Inflatie blijkt wolkbreuk in plaats van voorjaarsbuitje uit ECB-modellen
Jaren achtereen streefde de Europese Centrale Bank (ECB) ernaar de inflatie aan te wakkeren. Met de huidige gierende geldontwaarding hielden de modellen echter geen rekening.
Op 17 oktober 2021 noteerde ik op Twitter dat huizenbezitters die nét een maximale hypotheek hadden afgesloten voor een koopwoning, mogelijk in financiële problemen zouden kunnen komen als de maandelijkse energierekening zou verdubbelen, de boodschappen ineens 30 procent duurder werden en de benzineprijs zou stijgen naar 2,30 euro.
Eerlijk gezegd was ik dat alweer helemaal vergeten, tot iemand mij op dat vijf maanden oude bericht attendeerde, niet toevallig op de dag dat de brandstofprijs inderdaad dat historisch hoge niveau bereikte. Inmiddels kost een liter euro 95 langs de snelweg meer dan 2,40 euro en lijken we hard op weg naar de 3 euro die ik in een opvallend heldere droom al eens voorbij had zien komen.
Het is niet aan de mens om de toekomst te kennen, maar wie zich aandachtig in een bepaald onderwerp verdiept, kan de verwachte uitkomst soms redelijk goed inschatten. Daar zit altijd een onzekerheidsmarge in, maar voorlopig lijkt die energierekening voor veel gezinnen inderdaad minimaal te verdubbelen, terwijl de prijzen van veel levensmiddelen met dubbeltjes tegelijk omhoog gaan.
In mijn laatste boek, dat precies een jaar geleden verscheen, komt welgeteld vijf keer het woord inflatie voor, al dan niet aangeduid als ”hoge inflatie” of zelfs ”hyperinflatie”. Tegen vrienden merkte ik wel eens gekscherend op dat dit tijdperk de geschiedenisboeken in zou gaan als dat van de ”Grote Geldontwaarding”, hoewel dat onderwerp achteraf gezien een minder lichtzinnige toon had verdiend.
Op pagina 146 valt te lezen: „Nu de geldpersen dag en nacht draaien, ligt hoge inflatie op de loer en dreigt zelfs een Weimar-scenario waarbij je voor een halfje brood net zoveel betaalt als nu voor een goed onderhouden tweekapper in het groen.” Zover is het gelukkig nog lang niet, maar er bestaat een oorzakelijke verband tussen het onbeperkt bijdrukken van geld en geldontwaarding.
Jarenlang was het beleid van de ECB erop gericht om inflatie aan te jagen tot om en nabij de 2 procent op jaarbasis. Daarvoor werden alle mogelijke middelen ingezet, van grootscheepse opkoopprogramma’s tot het steeds verder verlagen van de rente. Wat men daarbij niet leek te beseffen is, dat je de waarde van geld langzaam uitholt door geld lenen bijna gratis te maken.
In een recent interview liet Klaas Knot, eerste man van De Nederlandsche Bank, zich ontvallen verrast te zijn door de huidige hoge inflatie. Niet alleen was het fenomeen volgens hem niet goed te begrijpen, het zat ook niet in de gehanteerde modellen. Tegelijk wordt ons verzekerd dat de geldontwaarding tijdelijk van karakter is en op termijn weer terug zal zakken naar een normaal niveau.
In een ander interview refereerde Knot aan het beleid van de ECB als zijnde een „regendans.” Dat lijkt een wat vreemde vergelijking, maar bij nader inzien slaat hij de spijker op de kop. Met zijn beleid probeerde de ECB een fris voorjaarsbuitje op te roepen, zonder rekening te houden met de mogelijkheid dat we getrakteerd zouden worden op een wolkbreuk.
De auteur is publicist.