Dat stelt de Amsterdamse historicus dr. László Marácz in de brochure ”De Turkse toetreding tot de EU; een risicoanalyse” die hij op verzoek van de Edmund Burke Stichting heeft geschreven. De brochure wordt vanavond gepresenteerd.

De Europese regeringsleiders besluiten op 17 december in Brussel over het openen van de toetredingsonderhandelingen met Turkije voor een EU-lidmaatschap. De Europese Commissie en het Nederlandse kabinet, tevens EU-voorzitter, zijn voor opening van de gesprekken met Turkije. Een kamermeerderheid steunt de regering daarin. LPF, ChristenUnie, SGP, Groep Wilders en de meerderheid van de bevolking zijn tegen.

Marácz vindt ook dat het land niet kan en mag toetreden tot de EU. Turkije behoort volgens hem in de eerste plaats tot een culturele sfeer die, anders dan de Europese, niet door de joods-christelijke en humanistische tradities in bepaald, maar door de islamitische. Het land is gevormd door een andere geschiedenis van Europa en heeft een ander cultureel -islamitisch- erfgoed dan Europa. Marácz concludeert daaruit dat de culturele en religieuze verschillen met de EU te groot zijn om die kloof te kunnen overbruggen.

Volgens hem is de invloed van die islamitische traditie in het moderne Turkije slechts groeiende. „De islamisering van het land voltrekt zich sinds de val van het communisme in een hoog tempo.” De historicus vreest dat de toetreding van Turkije tot de EU tot islamitische partijvorming in het Europees Parlement zal leiden. „Die partijvorming zal navolging kunnen krijgen in de lidstaten en tot een verdere islamisering van Europa leiden.”

Turkije schendt verder op grote schaal de mensenrechten en de vrijheid van godsdienst bestaat er slechts op papier, aldus Marácz.

De economische voordelen van de Turkse toetreding tot de EU zullen „bescheiden of irrelevant” zijn, stelt Marácz. Een EU-lidmaatschap van Turkije zal de Europese fondsen voor bijvoorbeeld het gemeenschappelijk landbouwbeleid „ondraaglijk zwaar belasten.”

Een verdere uitbreiding van de EU met Turkije staat ten slotte op gespannen voet met zowel de beoogde verdieping als met het absorptievermogen van de EU. „In gewoon Nederlands betekent dit dat de EU de komende decennia de handen vol zal hebben met het opnemen van de nieuwe lidstaten uit Centraal- en Oost-Europa, en Turkije er niet bij kan hebben. De toetreding van Turkije is in dit licht een ambitie die niet kan worden waargemaakt.”

Marácz heeft op dit punt „volkomen gelijk”, zei CU-SGP-europarlementariër Belder vrijdagmorgen desgevraagd in een reactie. Belder betitelt de brochure van Marácz als een „heel interessante en constructieve bijdrage” aan de discussie over Turkije. De door de Amsterdamse historicus geschetste risico’s van een Turks EU-lidmaatschap zijn „plausibel”, aldus Belder. „Met Turkije haalt de EU enorm veel problemen binnen. Dat schetst het rapport voortreffelijk.”

De voorgestelde islamisering van Europa komt de europarlementariër „niet irrationeel over.” Dat oogpunt is „reëel.” Vanuit christelijk oogpunt is deze ontwikkeling echter „ongewenst.”