’Aanpak gewone criminaliteit sneeuwt onder door terreur’
De aanpak van ’normale’ criminaliteit gaat ten koste van alle aandacht die nu uitgaat naar terreurdreiging. Dit is de stellige overtuiging van het gezicht van de politiekorps Rotterdam–Rijnmond, woordvoerder Anne Geelof, die na bijna 25 jaar dienst bij de politie met pensioen gaat.
„Het merendeel van de onveiligheid ontstaat echter door drugs", meent hij. „Als je die criminaliteit wilt aanpakken, zou je een soort omgekeerde bewijslast moeten kunnen toepassen. En er moet ook eens goed worden gekeken naar de gevolgen van de open grenzen in Europa: mensenhandel, valsemunterij en handel in drugs floreren. Maar voorlopig is alles weer gefocust op terrorisme en sneeuwt dit onder."
Geelof: „Als je Nederland echt veilig wilt maken, moet de politie wat extra bevoegdheden krijgen. Iedereen van wie je als politieman vindt dat ’ie gefouilleerd zou moeten worden, moet je ook fouilleren."
Anne Geelof (1943) levert zaterdag zijn mobiele telefoons in bij de baas. Hij is dan klaar met de stress en onregelmatigheid die hem de afgelopen jaren telkens weer naar een volgend incident voerden. Met het vertrek van Geelof, ook wel de Pietje Bell onder collega’s genoemd, lijkt ook de functie van eigenzinnig politiewoordvoerder te verdwijnen. „Het bestuur vervult nu een stevigere rol. Burgemeester Opstelten tamboereert over de veiligheid en justitie neemt meer verantwoordelijkheid. De politie valt onder het bevoegd gezag en kan daarom gewoon minder zeggen. Jammer, maar wel logisch", concludeert Geelof.
Rotterdam is zijn stad, hij werd er geboren en wil er weer een appartement met uitzicht op het water betrekken. Ook in de rest van Nederland is Anne Geelof bekend, onder meer omdat hij politiewoordvoerder was ten tijde van de ontvoering van Gerrit–Jan Heijn (1987).
Toch ziet hij dat niet als een hoogtepunt uit zijn loopbaan. „Ik kijk op alles met evenveel plezier terug en heb zowel de emoties als de lol meegemaakt. Bij Moerdijk stond ik in 1981 tussen wrakstukken en menselijke resten nadat een vliegtuig was neergestort. Toen ik begon, werd ik gelijk ingezet bij een grote demonstratie bij kerncentrale Dodewaard en ik kan in een deuk liggen als mensen zich op een domme manier laten besodemieteren. Bang was ik alleen bij de brand bij CMI (1996) toen ik niet wist wat er allemaal nog meer in die loods stond dat kon gaan branden, maar ik stond er wel met mijn neus bovenop."
Echt boos zegt hij zelden te zijn geweest. Toen relschoppers in 2002 in de binnenstad huishielden nadat Feyenoord de UEFA Cup had gewonnen, noemde hij ze in zijn boosheid ’galbakken’. „Mijn taalgebruik. Ach, tante Sjaan in de 2e Balsemienstraat moet begrijpen wat ik zeg, net als de mevrouw uit China die de taal nog niet goed beheerst."
De oud–journalist Geelof begreep als voorlichter maar al te goed wat journalisten willen weten over politiezaken. Zijn overstap van De Telegraaf naar de rijkspolitie in 1980 was eigenlijk toeval. Na een aanvaring met een politieman die wel een afspraak met hem maakte maar hem niets kon vertellen, maakte Geelof duidelijk dat de politie volgens hem een goede voorlichter kon gebruiken. Niet lang daarna ging de telefoon. „Als u het allemaal zo goed weet, waarom doet u het zelf dan niet", luidde de vraag die leidde tot zijn overstap.
Geelof legde veelvuldig voor de camera uit wat er aan de hand was, maar verder dan dat gingen zijn televisieoptredens niet. „Schoenmaker blijf bij je leest, is het beleid in Rotterdam. Na de Heijn–zaak werd ik benaderd om mee te doen aan spelletjes. Dat past volgens mij niet bij iemand die het woord voert over soms heel erge dingen in de samenleving. Ik vertegenwoordigde het korps, ik exploiteerde niet mijn bekendheid. Die bekendheid is leuk, maar ik heb het zakelijk bereikt. Ik ben nuchter en ik ben mezelf gebleven."
Anne Geelof gaat het rustiger aan doen. „Nee niet achter de geraniums, achter de laptop. Ik wil graag een boek schrijven. Het wordt een fictieve crimi en die zit voor een groot deel in mijn kop. Ik moet het nog wel uitwerken. Achter de computer ja, hoewel ik groot ben geworden met de kroontjespen."