OM houdt verdachte oorlogsmisdaden aan
De Nationale Recherche heeft een tweede Afghaanse verdachte voor oorlogsmisdaden aangehouden. De 58-jarige Habibullah J. was het hoofd van de afdeling ondervraging van de voormalige militaire inlichtingendienst KhAD e-Nezami.
Hij woonde samen met zijn gezin in Benschop. Daar werd hij vorige week donderdag aangehouden, meldde het openbaar ministerie (OM) maandag. Onlangs hield het OM de 56-jarige Hesamuddin H., voormalig hoofd van de KhAD e-Nezami, aan die in Boskoop woonde.
Justitie verdenkt beide mannen van „schending van de wetten en gebruiken van de oorlog, zoals zijn vastgelegd in het Verdrag van Genève van 12 augustus 1949". De gezamenlijke Afghaanse inlichtingendiensten zijn volgens het OM sinds 1979 verantwoordelijk voor de marteling van 200.000 politieke tegenstanders, van wie er 50.000 omkwamen.
De KhAD e-Nezami opereerde tijdens het communistische bewind in Afghanistan als militaire inlichtingendienst. De dienst bestond in de jaren tachtig en werd gecontroleerd door de vroegere Russische geheime dienst KGB.
J. wilde in 1996 in Nederland worden toegelaten als vluchteling. H. vroeg in 1992 asiel aan. Beide verzoeken werden geweigerd, omdat de Afghanen medeverantwoordelijk waren voor folteringen en schendingen van de mensenrechten.
Over de betrokkenheid van J. bij oorlogsmisdaden tegen tegenstanders van het communistische regime hebben getuigen in Nederland, Afghanistan en Pakistan verklaringen afgelegd. Bij H. hebben mensen in Nederland en Afghanistan bij de Nationale Recherche getuigd over zijn betrokkenheid bij folteringen. De meest toegepaste martelmethode van de KhAD zou volgens een getuige slaan en het toedienen van elektrische schokken zijn.
Bij doorzoeking van de woning van J. legde justitie beslag op documenten. Hij is maandag door de rechter-commissaris in Arnhem in bewaring gesteld.