Wolf moet iets minder strikt worden beschermd
Wolven genieten nog de hoogste EU-bescherming. Maar de tijd dat ze zeldzaam en bedreigd waren, is allang voorbij. De overlast neemt toe. Hoog tijd dat de Europese Unie verantwoord beheer toelaat.
Het beeld van opengescheurde schapen kent u vast. Darmen hangen eruit, vlees is afgescheurd. De dader laat zich raden: de wolf heeft hier ontbeten.
De aanvallen nemen momenteel snel toe. In november en december lag het gemiddelde in Nederland op bijna drie schapen per dag. Zelfs schapen achter een ”wolfwerend hek” en naast een bewakingshond (in Wapse, Drenthe) waren het slachtoffer.
In Duitsland is de overlast in twee jaar tijd zelfs verdubbeld. In 2020 zijn daar 3959 schapen, kalveren en andere dieren gedood of verwond door de wolf. In Spanje, Frankrijk en andere landen zien veehouders ook met lede ogen dat de schade toeneemt.
De wolf is een mooi dier. Maar zo kan het niet langer. Probleemwolven moeten zo nodig regionaal kunnen worden aangepakt. De huidige, strikte EU-bescherming van wolven moet daarvoor een standje lager. Dat kan ook best. De wolvenpopulatie in Europa is toegenomen tot naar schatting circa 12.000 stuks. Met zo’n groot aantal is de soort niet meer zeldzaam of bedreigd. Begin oktober 2021 verscheen er een rapport van Wageningen University over wat de draagkracht voor de wolf in Nederland is. De conclusie is onthutsend: in Nederland zal er voor 400 wolven draagkracht moeten zijn.
Hoe omvangrijker de populatie, hoe geringer de bescherming: dat lijkt ons nogal logisch. Gelukkig is er voor aanpassing van de EU-bescherming brede steun in de Europarlementscommissie voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling. Zelfs de Duitse Groenen toonden zich voorstander. We hopen nu op een grote meerderheid in het voltallige Europees Parlement in maart. Dat zal een sterk signaal zijn aan de Europese Commissie om de regels aan te passen.
Wolvenlobby
Het pleidooi om van ”strikte bescherming” naar ”verantwoord beheer” te gaan, stuit uiteraard op verzet van de fanatieke wolvenlobby. De liefhebbers van roofdieren zeggen dat boeren zich maar moeten aanpassen: zij moeten hun schapen beter beschermen. De schapen moeten maar opgehokt of omheind met hoog schrikdraad.
Ophokken of omheinen is uiteraard ondoenlijk en onbetaalbaar. Voor het perspectief: Nederland heeft nog circa 850.000 schapen (CBS, 2021), vooral voor lamsvlees. Bovendien zou ons platteland sterk verrommelen met al die hekken! En hoe moet dat in bergen en uitgestrekte velden in Zuid-Europa?
Wie de schade door wolven aankaart, krijgt ook het verweer dat loslopende honden veel meer schapen doden, wel 13.000 per jaar (Faunabescherming). Vooralsnog blijkt dat niet uit cijfers van schadeafhandelaar Bij12. Daarin zijn honden een kleine minderheid.
Nog zoiets onrealistisch: de wolvenlobby roept ook dat boeren in Nederland „de schade toch wel vergoed krijgen.” Boeren die schadevergoeding aanvroegen, weten wel beter: de aanvraag is tijdrovend, de afloop onzeker en de wachttijd lang. Een voorbeeld: bij een aspergeboerderij in Otterlo vernielde een door een wolf opgejaagde grote groep herten een grote oppervlakte aan afdekzeil. De ruim 20.000 euro aan schade is geclaimd, maar er is een hoger beroep nodig om nog een beetje kans te maken op uitbetaling. Dat is de stand van zaken nu, bijna één jaar later. De Nederlandse overheid dreigt de vergoeding bovendien stop te zetten voor boeren die onvoldoende wolvenwerende maatregelen zouden treffen.
Dierenliefhebbers zijn daarbij wel erg inconsistent. Waarom trekken ze zich niet het lot van de schapen aan? Ze maken zich sterk voor een zo pijnloos mogelijke slacht in onze slachterijen. Maar een vreselijke dood door wolvenbeten, daar moet niet te moeilijk over worden gedaan…
De provincie Gelderland kent een gebiedscommissie Preventie Wolvenschade. LTO Schapenhouderij en het Platform voor de kleinschalige schapen- en geitenhouders namen hiervoor het initiatief. Gelderland ondersteunt dit. Op zich is dit goed bedoeld. Alleen richt dit initiatief zich op het voorkomen van overlast door wolven en niet op het beheer ervan.
Draagvlak
Er is kortom dus geen alternatief: verantwoord beheer van wolven is nodig. De soort moet uiteraard in stand gehouden worden, maar regio’s die dit willen, moeten voortaan probleemwolven kunnen beheren. Dat is trouwens ook goed voor het maatschappelijk draagvlak voor de wolf.
Individuele landen kunnen al een uitzondering aanvragen op de strikte EU-bescherming. Sommige landen deden dat al, maar Nederland (nog) niet. Hier ligt dus een kans voor de nieuwe bewindspersonen op het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Henk Staghouwer en Christianne van der Wal. We roepen hen op om in Brussel aan te dringen op aanpassing van de regels ofwel een uitzondering aan te vragen voor Nederland.
Bert-Jan Ruissen is lid van het Europees Parlement voor SGP, Arnold Versteeg is lid van de gemeenteraad van Ede en fractievolger van de SGP-Statenfractie Gelderland.