De rechtbank ziet momenteel vooral praktische bezwaren tegen het afzonderlijk behandelen van de zaak van R. en geen juridische bezwaren. „Als het niet anders kan zal de rechtbank tot afzonderlijke behandeling beslissen. Dat punt is op dit moment niet bereikt.”

In praktische zin noemt de rechtbank het „minder wenselijk dat verschillende zittingscombinaties zich uit moeten laten over dezelfde vraagstukken en de kroongetuige door een andere zittingscombinatie opnieuw moet worden ondervraagd”. Dit zorgt voor capaciteitsproblemen van de rechters, menen zij. „Nog daargelaten het beslag op de capaciteit van het Openbaar Ministerie, de beveiligings- en transportdiensten en de schaars beschikbare beveiligde zittingszalen”.

De advocaten van R. hebben pas zeer recent de verdediging op zich genomen en ze schatten in ongeveer acht tot negen maanden voorbereidingstijd nodig te hebben om het dossier - dat inmiddels al 50.000 pagina’s behelst - tot zich te kunnen nemen. Om het hele proces daarom niet te veel vertraging te laten oplopen, vroegen zij om een ‘eigen’ zaak.

In de huidige planning verwacht het Openbaar Ministerie in juni dit jaar met de strafeisen tegen alle verdachten te kunnen komen. Mocht dat in de zaak van R. niet lukken, dan ziet de rechtbank na de zomer ook nog mogelijkheden voor de behandeling van de zaken waar R. van verdacht wordt. „Er is geen beletsel dit in dezelfde periode van of zelfs na de pleidooien, repliek en dupliek in de andere zestien zaken te doen. In beginsel staat er niets in de weg om het requisitoir, het pleidooi en de repliek en dupliek in de zaken van verdachte later, apart, te doen waarna in alle zaken gelijktijdig vonnis wordt gewezen.”

R. werd in februari 2020 in een voorstad van Medellín in Colombia aangehouden, op 7 december is hij in Nederland gearriveerd. Hij zit nu vast in de extra beveiligde inrichting in Vught waar hoofdverdachte Ridouan Taghi ook zit. Een eerder verzoek tot afsplitsing van de advocaat van Taghi, is door de rechtbank afgewezen.