OM eist 12 maanden cel voor gooien bierfles naar agent in Anjum
Het Openbaar Ministerie eist een celstraf van twaalf maanden, waarvan vier voorwaardelijk, tegen een 27-jarige man die op de voorlaatste dag van 2021 bij rellen in het Friese Anjum een bierfles in het gezicht van een agent gooide. Woensdag was er een snelrechtzitting over de zaak bij de rechtbank in Leeuwarden.
In de nacht van 30 op 31 december zorgde een groep van circa 150 mensen voor onrust in Anjum. Daarbij werd brand gesticht op een verkeerskruising. De Mobiele Eenheid (ME) moest charges uitvoeren zodat de brandweer het vuur veilig kon doven. Rond 00.30 uur werd een noodverordening afgekondigd. Het bleef onrustig in het dorp en de ME trad met steun van de politie opnieuw op.
Omstreeks 02.30 uur sommeerde een aanhoudingseenheid van de politie buurtbewoners die buiten stonden en zwaar vuurwerk gooiden, om hun huis binnen te gaan. Dit werd ook vanuit rondrijdende politiebusjes omgeroepen. Het doel was om de ME vrij baan te geven. De 27-jarige Anjumer, die met een groepje in een voortuin stond en gedronken had, volgde het bevel niet op. „Ik kreeg de kans niet”, aldus de man. Volgens agenten was de Anjumer aan het provoceren. Een agent sloeg hem met een wapenstok. De man smeet vervolgens op 2 meter afstand een bierfles naar de agent. De politieman liep breuken op aan zijn linker oogkas en neus.
Het gooien was niet doelgericht, aldus de Anjumer. Hij was naar eigen zeggen met de fles aan het rondzwaaien, om zo bier over agenten te gieten, en daarbij was de fles uit zijn hand gevlogen. De gewonde agent denkt daar anders over; de Anjumer gooide bewust en met kracht. „Hij wilde mij het licht uit de ogen gooien”, zei de agent in de rechtbank. Hij draagt momenteel een ooglapje en sprak geëmotioneerd. „Ik was doodsbenauwd dat ik mijn oog kwijt was. Ik heb nu slechts wazig zicht. Het is de vraag of ik weer normaal kan zien.”
Volgens de officier van justitie is er sprake van zware mishandeling. „Blijf van onze hulpverleners af. Met oud en nieuw lijken mensen helemaal los te kunnen gaan. Sommige uitwassen zijn we normaal gaan vinden, maar dat is het natuurlijk niet.”
„Ik baal als een stekker”, zei de Anjumer snikkend tegen de rechter. „Ik voel mij stom en verrotte schuldig.” Zijn advocaat vraagt om vrijspraak. De rechter doet later op de dag uitspraak.