Boskalis-topman: Ik zie Amersfoort aan Zee niet snel gebeuren
Veel Nederlanders waren trots toen hún baggermaatschappij Boskalis vorig jaar de gestrande containergigant Ever Given in het Suezkanaal loskreeg. Topman Peter Berdowski (64): „De klimaatverandering is net zomin als scheepsrampen een zegen. Wel is het onze business.”
De Suezblokkade door de Ever Given, tussen 23 en 29 maart vorig jaar, gold voor Boskalis onbetwist als de klapper van het jaar. Wereldwijd volgde men de inspanningen van zijn bagger- en slepersdivisie om de gestrande containergigant vlot te trekken op de voet.
„Technisch gezien was het niet de meest complexe klus”, vindt Berdowski. „Maar hij moest gebeuren onder een enorme publicitaire druk.” Toen Boskalis de Ever Given los had, volgde een enorme ontlading. „We werden bejubeld als wereldkampioen.”
Ook los hiervan zijn de vooruitzichten voor Boskalis gunstig. Of hij de klimaatverandering een zegen vindt voor hun baggerdivisie? Berdowski schiet verlegen in de lach. „Tsja, een zegen… Je zou net zo goed kunnen vragen of ik scheepsrampen als een zegen beschouw. Kijk, het is onze business. Dat is wat anders. Projecten waarmee landen zich aanpassen aan de klimaatveranderingen, de zogeheten klimaatadaptatie, bieden ons kansen. De komende tientallen jaren dreigen veel inwoners in kustlanden onder te spoelen. Niet alleen in derdewereldlanden zoals Bangladesh, maar ook bijvoorbeeld de Amerikaanse metropool Miami.”
Zeespiegelstijging
Overigens kunnen landen die de zeespiegelstijging niet of amper hoeven te vrezen evenmin op hun handen blijven zitten. Veelvuldige hevige regenval, een ander gevolg van de klimaatverandering, veroorzaakt tenslotte ook in de binnenlanden overstromingen. Dat vraagt om ingrijpende rivierprojecten. Berdowski: „We zien dus heel veel werk op ons afkomen.”
Ook in Nederland, Duitsland en Finland werkt Boskalis momenteel aan dijk- en kustversterkingsprojecten. Alarmerende toekomstscenario’s voor ons land relativeert de topman overigens. „Het beeld van Amersfoort aan Zee heeft zijn nut om mensen wakker te schudden, maar ik denk niet dat het zo’n vaart zal lopen. Dat scenario kan alleen realiteit worden als we niets tegen de klimaatverandering doen en wereldwijd zelfs méér CO2 gaan uitstoten dan nu.”
Berdowski wijst erop dat de industrie wereldwijd volop inzet op technologische oplossingen om fossiele brandstoffen te vervangen. „Denk aan de pas toegezegde subsidie voor ons onderzoeksprogramma naar een versneld gebruik van methanol als brandstof in onder meer de offshore-industrie. En daarbij: onze sector is prima in staat om ons land te beschermen tegen water. Dat lukt hier al tien eeuwen.” Hij lacht. „Ons kantoorgebouw staat in Papendrecht, dus wij hebben hier zelfs om puur lijfsbehoud belang bij.”
Vertrek
Dat laatste staat overigens nog te bezien. De Telegraaf hintte eind december in de kop en inleiding boven een interview met Berdowski namelijk op plannen van Boskalis voor een vertrek uit Nederland. Dat voornemen zou mede zijn ingegeven door het gegeven dat Nederland per 2023 de staatssteun via exportkredietverzekeringen voor fossiele projecten beëindigt: met zo’n verzekering dekt de staat de betalingsrisico’s van Nederlandse bedrijven in het buitenland.
Het besluit, dat Nederland met zo’n veertig landen in Glasgow nam, brengt de concurrentiepositie van de grote Europese maritieme dienstverleners –Boskalis, Van Oord, DEME en Jan De Nul– in gevaar tegenover bijvoorbeeld de Chinese gigant China Communications Construction Company (CCCC). Dit conglomeraat van Chinese staatsbedrijven is verreweg de grootste baggeraar ter wereld, gevolgd door de bovengenoemde vier.
In het interview zelf is Berdowski minder concreet over verhuisplannen. Wel stelt hij –op een vraag naar vertrek „als de jacht op de fossiele industrie doorgaat”– dat Boskalis dit zeker niet uitsluit. Althans, „als Nederland qua internationaal zakendoen steeds meer zou afwijken van de Europese of internationale ontwikkeling.”
Tegenover het Reformatorisch Dagblad wil hij hierover niet verder uitweiden. De concrete uitwerking van de ”Glasgow-handtekening” is overigens nog onderwerp van gesprek, zowel internationaal als tussen de overheid, milieuorganisaties en de betrokken bedrijven.
Windmolenparken
De onzekerheid hierover neemt niet weg dat ook de offshoretak van Boskalis, naast zijn bagger-divisie, garen spint bij de klimaatadaptatie. Door de toename van de hiervoor al genoemde windmolenparken op zee. Zo sleepte het bedrijf afgelopen november een contract ter waarde van 450 miljoen euro binnen, voor zijn bijdrage aan een nieuw windmolenpark buitengaats voor de Amerikaanse oostkust. Fossiele offshoreprojecten hadden zelden of nooit zo’n omvang.
Bij de vraag naar welk project zijn hart momenteel sneller laat kloppen, aarzelt Berdowski even. „Kijk, principieel gezien vind ik alle projecten even aardig. Maar ja, de aanleg van de luchthaven van Manilla in de Filipijnen springt er wel bovenuit. Met een waarde van 1,5 miljard euro is dat de grootste order die Boskalis ooit heeft binnengehaald.”
Iconisch
Het project behelst een landaanwinningsproject van liefst 1700 hectare in de Baai van Manilla. Het bedrijf won de race van zijn Belgische concurrent Jan De Nul. Met dit project heeft Boskalis de inzet van zijn grootste sleephopperzuigers en een cutterzuiger voor de komende jaren veiliggesteld. Berdowski: „Het is zó’n prestigieus project. Vergelijkbaar met de aanleg van de luchthaven voor de kust van Hongkong, in 1998. En het vliegveld krijgt minstens zo’n iconische uitstraling als de luchthaven van Singapore, een van de populairste luchthavens ter wereld.”