Onrust over vogelgriep neemt toe
De onrust onder Nederlandse pluimveehouders neemt toe door de jongste uitbraken van hoog pathogene (zeer besmettelijke) vogelgriep. Dat zeggen voormannen van de sector.
Dinsdag bleek een leghennenhouderij in het Overijsselse Bentelo besmet. Om verspreiding van het virus te voorkomen worden alle 120.000 kippen afgemaakt. Uit voorzorg worden ook de 69.000 kippen bij het naastgelegen bedrijf van dezelfde eigenaar geruimd. Twee andere pluimveebedrijven in de directe omgeving worden geblokkeerd en intensief gemonitord.
In een gebied van 3 kilometer rond het besmette bedrijf liggen vier pluimveebedrijven, deze worden bemonsterd op vogelgriep. In de 10 kilometerzone is een vervoersverbod ingesteld.
Maandaag sloeg het virus toe op een vleeskuikenhouderij in het Friese Blija. In de tweede helft van december waren er, na enkele weken zonder nieuwe uitbraken, besmettingen in Den Ham (Overijssel) en Ysselsteyn (Limburg).
Voorzitter Kees de Jong van de LTO-vakgroep Pluimveehouderij spreekt van een zorgelijke ontwikkeling. „Het enige positieve is dat de besmettingen voor zover we weten niet van andere pluimveebedrijven afkomstig zijn. Het lijkt erop dat wilde vogels de bron zijn.”
Agressief
De variant van het vogelgriepvirus die nu in heel Europa rondgaat is volgens De Jong „heel virulent en agressief.” De Nederlandse pluimveesector zou volgens hem graag zien dat er een vaccin op de markt komt. Er loopt onderzoek naar de ontwikkeling daarvan. Extra hobbel is dat de Europese regels voor de aanpak van vogelgriep moeten worden aangepast om vaccinatie mogelijk te maken. Landen die pluimveeproducten uit Europa importeren, willen er zeker van zijn dat ze geen vogelgriep naar binnen halen, legt De Jong uit. Daarom moet bloedonderzoek kunnen aantonen of kippen antistoffen hebben dankzij vaccinatie of door een besmetting met levend virus.
Opvallend deze winter is dat ook vleeskuikenbedrijven besmet raken. Volgens voorzitter Bart-Jan Oplaat van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders zegt dat iets over de besmettelijkheid van het huidige virus. Het heeft misschien ook te maken met de opkomst van langzamer groeiende kuikens. „De dieren zitten langer in de stal dan vroeger en lopen daardoor meer kans de ziekte op te lopen.”