Kabinet wil liefst verder gaan met huidige coronawetgeving
Het demissionaire kabinet wil de wetgeving waarin de coronamaatregelen zijn vastgelegd - de Tijdelijke wet maatregelen Covid-19 (Twm) - het liefst zoals nu telkens blijven verlengen met drie maanden. Het parlement had al meerdere malen aan het kabinet gevraagd hoe de toekomst van de wet eruit ziet.
Minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) schrijft aan de Tweede Kamer dat er ook andere opties zijn, maar dat deze de voorkeur van het kabinet heeft omdat daarmee „het tijdelijk karakter van de Twm wordt gerespecteerd”. Bovendien geeft deze keuze volgens hem de Kamers de meeste ruimte om invloed uit te oefenen. En de regering kan makkelijk onderdelen van de wet laten vallen als die niet meer nodig zijn.
Twee andere opties als coronawetgeving ziet het kabinet niet zitten. De eerste is de mogelijkheid om een beperkt aantal bestaande bepalingen permanent te maken. Dat is echter alleen mogelijk volgens De Jonge als het coronavirus onder controle is. Daardoor valt deze af.
De andere optie is om alle bestaande bepalingen permanent te maken. Het kabinet ziet hier weinig in omdat dan het tijdelijke karakter verdwijnt die de Twm wel heeft. Verder hebben beide Kamers dan niet meer de mogelijkheid „om elke drie maanden door middel van een goedkeuringswet al dan niet in te stemmen met het in stand blijven van deze bevoegdheden”.
Het kabinet gaat er gezien de huidige besmettingsaantallen en de Omikronvariant vanuit dat de Twm verlengd moet worden van 1 maart tot 1 juni volgend jaar.