Verdachte in zaak martelcontainers in ziekenhuis
Robin van O. (41), een van de verdachten in de zaak over de martelcontainers in het Brabantse Wouwse Plantage, is niet meer in staat zijn rechtszaken bij te wonen. Hij is terminaal ziek en ligt in het ziekenhuis, zegt zijn advocaat.
Het voorarrest van Van O. is volgens een woordvoerder van het Openbaar Ministerie onlangs geschorst wegens persoonlijke omstandigheden. Zijn advocaat zegt dat zijn cliënt kanker heeft en wegens uitzaaiingen en complicaties in een regulier ziekenhuis is opgenomen.
De rechtbank in Rotterdam gaat ondertussen door met een andere zaak waarin Van O. onder anderen samen met Piet Costa, een alias van Roger P. (50), terechtstaat. Die zaak gaat over internationale drugshandel en witwassen. P. wordt verdacht van de invoer van grote hoeveelheden cocaïne in de havens van Rotterdam en Antwerpen (1015 kilo in 2015 en 3776 kilo in 2016 en 1200 kilo in maart dit jaar).
De drugszaak werd heropend door de grote hack van de cryptodienst EncroChat, waardoor de politie de onderlinge communicatie van criminelen kon lezen. Op de tweede dag van de inhoudelijke behandeling in dit strafproces beriepen medeverdachten zich woensdagochtend op hun zwijgrecht. Piet Costa kwam niet opdagen. Hij komt pas weer naar de rechtbank bij het requisitoir en het pleidooi, liet zijn advocaat aan de rechters weten.
De rechtbank gaat tot en met 21 december door met de besprekingen van de dossiers. Naar verwachting komt het OM op 19 januari met de strafeisen. De rechtbank in Amsterdam gaat de zaak over de martelcontainers vanaf 26 januari inhoudelijk behandelen.