Honderd passagiers KLM-vlucht achtergebleven in Johannesburg
Ruim honderd passagiers die vrijdagavond met een KLM-vlucht vanuit het Zuid-Afrikaanse Johannesburg naar Schiphol wilden vliegen, moesten daar achterblijven. Bij controle door KLM van de negatieve PCR-testverklaring van alle passagiers, bleek dat ruim honderd reizigers niet voldeden aan de gestelde inreiseisen, aldus de vliegmaatschappij.
De ongeveer 160 reizigers die zaterdag wel mee mochten op de vlucht naar Schiphol, voldeden aan de door de Nederlandse overheid gestelde eisen. De GGD heeft ze bij aankomst gecontroleerd, meldt de KLM. De vliegmaatschappij controleerde de negatieve testverklaringen van de passagiers vanwege de inschatting van Zuid-Afrika als land met een zeer hoog risico op een coronabesmetting.
Na het opduiken van de Omicron-variant van het coronavirus in zuidelijk Afrika, stelde de Nederlandse regering vrijdag een vliegverbod in voor Zuid-Afrika. Nederlanders en EU-burgers die op doorreis zijn naar hun woonland zijn uitgezonderd van dit vliegverbod.
Passagiers die onder deze uitzonderingsregel vallen, moeten een negatieve sneltest van maximaal 24 uur oud kunnen laten zien, naast een negatieve PCR-test met een maximale geldigheidsduur van eveneens 24 uur bij betreding van het vliegveld of maximaal 48 uur na aankomst in Nederland.
Op twee andere KLM-vluchten vanuit Zuid-Afrika naar Nederland bleken vrijdag in totaal 61 passagiers besmet, maar nog onduidelijk is of het hier gaat om de Omicron-variant.