Bijklussen als huishoudelijke hulp heel gebruikelijk in Italië
Nadia belt drie keer per week bij ons aan. Als ik de deur open, rent ze mij bijna omver, om zo snel mogelijk onze diepe gangkast in te duiken. Even later zie ik haar, gekleed in een trui, een gemakkelijke broek én gebreide pantoffels, weer in de woonkamer. Ze heeft inmiddels een emmer, bezems, twee dweilen en een zestal plastic flessen met schoonmaakmiddelen opgediept.
Het moge duidelijk zijn: Nadia maakt bij ons het huis schoon, en die job neemt ze serieus. Elke keer komt ze twee volle uren schoonmaken. Ze holt dus naar binnen en rent twee uur later weer naar buiten op haar pantoffels. Ik bied haar altijd koffie, thee of sap aan, maar ze neemt het nooit aan.
„Een glaasje wodka?”, roep ik soms als grap. Nadia komt uit Oekraïne en ik als clichémannetje denk dat ze daar de hele dag door wodka drinken. Maar zelfs de tijd voor het drinken van een glaasje water wil ze niet verliezen.
Behalve dat Nadia een schoonmaakster is, is zij ook een ”kolf”. Dat woord schrijf je in het Italiaans als ”colf”. Dit staat voor ”collaboratore familiare”, gezinshulp in het Nederlands. Er staan er zo’n 900.000 in Italië geregistreerd, plus naar schatting 1 miljoen ongeregistreerden. Het zijn vooral alleenstaande vrouwen, met name afkomstig uit Oost-Europa.
De ”kolven” assisteren in de meeste gevallen alleenstaande bejaarden. Ze worden ingehuurd door de kinderen, die papa of mama niet meer zelf kunnen verzorgen. Zo woont Nadia bij de 94-jarige moeder van Stefania en Francesco in, die gekluisterd is aan een rolstoel.
De ouderenzorg in Italië is een familiekwestie. Ruim twee op de tien Italiaanse kinderen boven de vijftigjaar wonen in hetzelfde gebouw of in hetzelfde huishouden als hun vader of moeder. Ter vergelijking: in Zweden is dat in 0,13 procent van de gevallen. Ik weet waarover ik het heb. Mijn schoonmoeder van 86 jaar woont in het appartementencomplex naast het onze. We eten tenminste een keer per week samen, bij haar, of bij ons. Ons kind gaat geregeld naar oma voor het middageten of huiswerk.
Er zijn in Italië ook wel bejaardentehuizen en verpleeghuizen. De verpleeghuizen hebben een slechte naam. Ze kwamen vooral in het nieuws in 2020 toen bleek dat ze centra waren van covid-besmetting. Er zijn ook bejaardentehuizen voor oudere mensen die nog wel autonoom zijn. Die huizen heten romantisch ”casa di riposo” – ”rusthuis”. Dat is toch meestal iets voor de rijken.
Blijft de vraag waarom Nadia op haar pantoffels bij ons komt schoonmaken en altijd zoveel haast heeft. De 94-jarige vrouw voor wie zij ”kolft”, woont boven ons. In haar twee uurtjes vrije tijd gaat Nadia een etage naar beneden om bij ons bij te klussen.
Dat is een kolfje naar haar hand.