Het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt, waarin werkgevers en werknemers zijn vertegenwoordigd, wil het ijzer smeden nu het heet is. „De politiek is bereid in onderwijs te investeren”, stelde SBO-voorzitter J. Franssen vast. Het SBO vindt dat de overheidsuitgaven voor onderwijs op jaarbasis met 4 miljard euro moeten worden verhoogd. De acht actiepunten, die er op neerkomen dat het beroep van leraar weer aantrekkelijk moet worden, ziet hij straks graag in het regeerakkoord terug.

Een zogeheten spiegelgroep van oud-werkgeversbaas J. Blankert, vakbondsvrouw E. Vogelaar en econoom E. Bomhoff moet onderwijs, overheid en het SBO bij de les houden. Het drietal zal elk halfjaar rapporteren en volgens Fransen moeten functioneren als een kritisch klankbord. Het SBO verplicht zich niet tussendoelen te halen. Halverwege de vier jaar tot 2006 zal naar verwachting het tekort aan leraren het grootst zijn.

Franssen: „Een garantie dat in 2006 het lerarentekort is opgelost, kan ik niet geven. We moeten dan wel een heel eind op dreef zijn.” Als Nederland er niet in slaagt het tekort aan docenten terug te dringen, komt de slagkracht van de kenniseconomie in gevaar, vreest de SBO-voorzitter. Nederland kan dan de ambities om op dit terrein tot de top van Europa te behoren, wel vergeten.

Het Tweede-Kamerlid Van de Camp (CDA), die van Franssen het SBO-plan in ontvangst nam, noemde het lerarentekort een stil probleem. „Zeker als je het vergelijkt met het rumoer rond de bolletjesslikkers. Maar dat lerarentekort verdient veel meer aandacht, want de maatschappelijke gevolgen zijn veel ernstiger.”