Nieuwe glasbescherming voor plaatjes in kamer Anne Frank
De plaatjes die Anne Frank tijdens de onderduik in het Achterhuis op de wanden van haar kamer had geplakt, krijgen een nieuwe bescherming. In een bijna 48 uur durende operatie worden de huidige glazen beschermingsplaten van 10 centimeter dikte vervangen door nieuwe, veel dunnere glasplaten. Die meten maar 3 centimeter, waardoor de bezoeker straks veel dichter bij de plaatjes kan komen.
Nieuw is verder dat de nieuwe vitrines aan de bovenkant zijn voorzien van een scharnier, waardoor ze relatief gemakkelijk kunnen worden geopend voor controle of eventueel restauratie. De glazen vitrines lopen langs de wanden van Annes kamer, een ervan over de hele breedte.
De glasplaten worden met een hijskraan over de Westermarkt getakeld om door het raam Annes kamer in te worden gebracht. „Precisiewerk”, zegt Teresien da Silva, hoofd collecties van de Anne Frank Stichting. Met de bekisting mee wegen de vitrines ruim 300 kilo. Ze legt uit dat in de korte tijd die voor de operatie is uitgetrokken ook de wanden worden versterkt”, omdat er meer krachten vrijkomen als de vitrine opengaat”. Tijdens de operatie worden de plaatjeswanden zelf ook gecontroleerd en waar nodig gerestaureerd.
De vervanging van de oude vitrines begint woensdagmiddag. Het Anne Frank Huis gaat daarvoor iets eerder dicht dan normaal. Donderdag is het museum sowieso dicht vanwege de feestdag Jom Kipoer, waarna vrijdag de deuren pas om 12.00 uur opengaan in plaats van 09.00 uur. Volgens Da Silva kost de hele operatie ongeveer 100.000 euro. Het museum heeft daarvoor een subsidie gekregen.
Wie meer wil weten over de plaatjes en ansichtkaarten waarmee Anne haar kamer versierde, kan terecht op een tijdelijke tentoonstelling in het museum. Het zijn onder meer foto’s van Hollywoodsterren zoals de Lane Sisters, later aangevuld of zelfs overgeplakt met afbeeldingen uit de kunstgeschiedenis. „Anne had verschillende hobby’s, waar ze ook over schreef, onder meer het verhaal De Filmster-illusie. Maar ze werd groter en wijzer en raakte meer geïnteresseerd in kunst en cultuur, onder invloed van haar vader”, aldus Da Silva. Op de tentoonstelling zijn ook de ‘plaatjes onder de plaatjes’ zichtbaar.
Het Joodse meisje Anne Frank zat vanaf 6 juli 1942 tot 4 augustus 1944 ondergedoken in het achterhuis van het bedrijf van haar vader Otto aan de Prinsengracht. Ze werd overgebracht naar Auschwitz en later naar Bergen-Belsen, waar ze kort voor de bevrijding overleed aan vlektyfus. Het dagboek dat Anne bijhield werd onder de titel Het Achterhuis uitgebracht in 1947 en is nu een van de meest gelezen boeken ter wereld.