Nederlanders werken weinig
Minister Brinkhorst van Economische Zaken blijft het volhouden. We werken veel te weinig en we werken in ieder geval veel minder dan mensen in andere westerse landen. In een nieuw overzicht, dat de D66–bewindsman maandag naar de Tweede Kamer stuurde, laat Nederland alleen België en Italië achter zich.
Vooral de Socialistische Partij wilde de D66–bewindsman niet geloven toen die in de Tweede Kamer zei dat Nederland tot de landen behoort waar het minist gewerkt wordt. Brinkhorst heeft daarop zijn ambtenaren aan het werk gezet, die allerlei buitenlandse statistische bronnen hebben geraadpleegd.
Zij hebben zo goed als kon rekening gehouden met werkloosheid, deeltijdwerk, overwerk, vakanties, verlofdagen en zelfstandigen. Uit de internationale vergelijking komt naar voren, dat vrijwel nergens zoveel mensen betaald werk hebben als in Nederland, maar dat hier al met al toch weinig wordt gewerkt.
In Nederland bedraagt de zogeheten netto–arbeidsparticipatie (aantal mensen met betaald werk gedeeld door totale aantal mensen van 15 tot 65 jaar) 74,5. Dat is meer dan in de Verenigde Staten 71,9 procent en het gemiddelde in de vijftien onderzochte landen van de Europese Unie (64,4 procent). Een belangrijk verschil is echter dat vrouwen met een deeltijdbaan in Nederland veel minder uren maken dan vrouwen in het buitenland.
Nederland komt al met al uit op 911 gewerkte uren per jaar per hoofd van de beroepsbevolking. Frankrijk doet het nauwelijks beter met 912 uur. We laten België (866 uur) en Italië (852 uur) achter ons. Daar staat tegenover dat Nederland ver achterblijft bij Zwitserland (1251 uur) en het Verenigd Koninkrijk (1124 uur). Ook Scandinaviërs en Duitsers werken veel meer dan Nederlanders.