Het openbaar ministerie (OM) vindt een lange straf op zijn plaats, omdat de moord zeer gewelddadig was en koelbloedig voorbereid. Bovendien hebben de verdachten geen enkel respect voor de nabestaanden van het meisje getoond, meent Grimbergen.

Bradaric werd in november vorig jaar in een auto gewurgd. Haar lichaam werd naar de uiterwaarden bij Bemmel vervoerd en daar in brand gestoken. De zaak bracht landelijk een schokgolf teweeg.

Tijdens de behandeling voor de rechtbank eiste het OM tegen M. dezelfde straf. De rechtbank vond acht jaar cel en TBS echter voldoende, omdat Goran M. volgens deskundigen nog zeer lang bezig zal zijn met gedwongen therapie.

Onderzoekers omschrijven de jongen als normloos, gefascineerd door de dood, totaal verhard en egocentrisch. De jongen heeft toegegeven dat hij vorig jaar zijn vriendin Maja wurgde met een touw. Daarna stak hij met een ander touw het lichaam in brand. Aanleiding voor de moord was „een aantal kleinigheden dat ging irriteren”, zei Goran M. voor het hof.

Advocaat-generaal Grimbergen nam het Goran M. zeer kwalijk dat hij na de moord op Maja nog enkele dagen gewoon is doorgegaan met zijn leven. Zo deed hij de ochtend na de moord theorie-examen voor zijn rijbewijs en slaagde. Diezelfde dag zocht hij met anderen op verzoek van Maja’s moeder in een naburig bosje naar het vermiste meisje.

Toen twee dagen later bekend was dat Maja was vermoord, nam hij deel aan rouwuitingen op de school van het meisje en bij haar thuis.„Respectloos tegenover de ouders van Maja, wier levens zijn verwoest door de moord op hun enige kind”, aldus Grimbergen.

M.’s advocaat M. Stassen vindt dat zijn cliënt een minder zware straf verdient, omdat de derde verdachte Ferdi Ö. minstens evenzeer schuldig zou zijn. Ook wil M. zo snel mogelijk met zijn TBS beginnen, omdat hij therapie nodig heeft.

Tegen de van medeplichtigheid verdachte Goran P. eiste Grimbergen zes jaar cel. Ook voor de rechtbank hoorde P. zes jaar cel eisen, maar het college legde hem toen drie jaar op, waarvan zes maanden voorwaardelijk. De rechtbank kwam tot die aanzienlijk mildere straf, omdat zij niet bewezen achtte dat P. daadwerkelijk heeft meegeholpen. Zowel P. als het OM tekenden hoger beroep aan.

Goran P.’s advocaat D. Moszkowicz vroeg het hof zijn cliënt vrij te spreken. Volgens de raadsman hebben deskundigen vastgesteld dat P. in een mentale en fysieke shock is geraakt toen hij begreep wat er in de auto zou gaan gebeuren. Daardoor kon hij niet meer ingrijpen.

Het gerechtshof doet op 3 december uitspraak.