Kerk & religie

Op Curaçao liggen orthodoxe en liberale Joden op één begraafplaats

Joodse begraafplaatsen zijn altijd sober, maar op Curaçao zie je ook peperdure marmeren tombes, soms compleet met engelenfiguren. Samen met Ron Gomes Casseres, een van de notabelen uit de Joodse gemeenschap, bezoeken we op een vroege ochtend deze bijzondere plek.

Marius Bremmer
15 July 2021 19:25
Ron Gomes Casseres bij het graf van zijn ouders. beeld Marius Bremmer
Ron Gomes Casseres bij het graf van zijn ouders. beeld Marius Bremmer

De ‘nieuwe’ Joodse begraafplaats dateert uit 1864. De meer dan duizend graven liggen aan een drukke weg in de wijk Berg Altena. Elke ochtend om zes uur opent iemand de grote gietijzeren hekken, elke avond om zes uur sluiten ze weer. Oorspronkelijk waren hier twee aparte begraafplaatsen, een orthodoxe en een liberale, gescheiden door een muur. Naar dit ‘nieuwe’ Beth Haïm (”Huis des Levens”) is nog nauwelijks onderzoek gedaan. Tijd om er eens een kijkje te nemen.

Ron Gomes Casseres is lid van de Joodse gemeente Mikvé-Israël Emanuel. Zijn familie woont hier al vele generaties en stamt af van vluchtelingen uit Portugal. „Ik ken veel mensen die hier liggen. Ook mijn eigen ouders liggen hier, hun hele generatie.” De gepensioneerde bankier bekleedt nog tal van bestuurstaken binnen en buiten de Joodse gemeenschap. Als oud-voorzitter van het synagogebestuur en belangstellende in historie en erfgoed is hij blij met de aandacht voor deze dodenakker. „Onze eerste begraafplaats uit 1665, ook een Beth Haïm, is de oudste Joodse begraafplaats in de Nieuwe Wereld. Daar liggen meer dan 6000 mensen begraven. Die is internationaal beroemd.”

Ontsnapt aan de rooms-katholieke inquisitie arriveerden in 1651 de eerste Portugese en Spaanse (Sefardische) Joden op Curaçao. Er ontstond een bloeiende gemeenschap. In 1732 wijdde de Joodse gemeente in de stadswijk Punda een prachtige synagoge in: Mikvé Israël (”Hoop van Israël”), nu de oudste nog in gebruik zijnde synagoge in de Nieuwe Wereld. Zakelijke conflicten en religieuze onenigheden leidden in 1864 tot een scheuring. Het orthodoxe deel bleef onder leiding van de familie Levy Maduro achter in de monumentale synagoge. De afgescheiden liberalen bouwden onder leiding van de familie Cohen Henriquez een eigen imposant bedehuis: Tempel Emanu-El. De liberalen maakten haast met een eigen begraafplaats. Begin 1865 vindt de eerste liberale begrafenis plaats, van de kleurrijke arts Salomon de Leon. Orthodoxen weigerden hier bij te zijn.

Scheidsmuur

Toen de liberalen uit de zorgen waren, kregen de orthodoxen problemen. Zij hadden last van harde wind en nachtelijke duisternis als ze hun doden per platte schuit vanuit de stad naar hun graf brachten. Tot overmaat van ramp voerde de overheid in 1880 ook nog belasting in op vervoer van doden over water: om geld te plukken bij de vermogende Joodse gemeenschap. De orthodoxe gemeente kocht daarom in datzelfde jaar nog grond naast de nieuwe liberale begraafplaats. Daartussen kwam een muur. Deze nieuwe begraafplaats werd ingewijd door „predikant en leeraar” H. J. Israël Santcroos. Ron Gomes Casseres wijst naar de grond: „Kijk, hier zie je heel duidelijk waar de muur liep. Pas in 1958 werd de muur tussen beide begraafplaatsen gesloopt. Na bijna tachtig jaar werden orthodoxe en liberale doden herenigd.” Niet lang daarna, in 1964, fuseerden ook de beide Joodse gemeenten weer tot één nieuwe: Mikvé Israël-Emanuel.

Gomes Casseres: „Je ziet nog de ingangen van de ooit afzonderlijke begraafplaatsen. De gietijzeren hekken aan de liberale kant worden geflankeerd door royale stenen zuilen met decoratieve vazen. De orthodoxe ingang is veel soberder.” Op het rechterdeel zien we veel gebeeldhouwde zerken of fraaie hekwerken, koperen kettingen en marmeren grafmonumenten met voorstellingen van vazen, de dood symboliserende afgebroken zuilen en uitbundige maar volstrekt on-Joodse engelenbeelden. Ron Gomes Casseres: „De Joodse traditie bepaalt dat grafstenen zo veel mogelijk eender moeten zijn: na de dood is immers iedereen gelijk. Liberalen hadden een meer open blik naar de wereld en voelden zich minder gebonden aan alle regels, ze gingen makkelijker mee in de uitbundige Zuid-Amerikaanse en rooms-katholieke grafcultuur.” Sommige marmeren tombes, zoals van de families Cardoze en Lopez Senior, zijn uiterst exclusief. Ze werden besteld in Italië en kwamen per schip naar Curaçao.

17321115.JPG
De uitbundige ingang van het liberale deel uit 1864. beeld Marius Bremmer

Ligging

Op het orthodoxe deel zijn de doden naar orthodox-Joods gebruik met de voeten naar het oosten begraven. Daarom liggen die graven in rijen achter elkaar. Gomes Casseres: „Wat ook opvalt, is dat bij het liberale deel, zoals op de meeste begraafplaatsen in de wereld, de graven links en rechts van een middenpad zijn aangelegd: met het voeteneind naar het middenpad en met het hoofdeind daarvan af.” Soms kwam het voor dat de man van liberale signatuur was en de vrouw orthodox. „In zo’n geval bepaalde de man de signatuur van het echtpaar en dus ook op welke begraafplaats men samen kwam te liggen. Dat had opmerkelijke consequenties bij de begrafenis. Wie van orthodoxe afkomst was, wilde hoe dan ook met de voeten naar het oosten begraven worden. Dat lukte rechts van het middenpad alleen als de kist andersom in het graf werd gelegd. Dan lag de overledene dus met het hoofd naar het pad en met de voeten onder het hoofdeinde van de steen, waar de naam staat.” Gomes Casseres: „Ik weet wel wie andersom liggen, maar ik vertel het je niet.”

Families

Je ziet veel dezelfde achternamen: Alvarez Correa, Curiel, Pinedo, Maduro of Salas. „Op den duur ontkwam men er niet aan binnen de gesloten gemeenschap met familie te trouwen. Iemand zei eens: „Als je er even voor gaat zitten, zie je zo wie allemaal familie van elkaar is.”” Pas in de twintigste eeuw trouwden met name vrouwen uit de gemeenschap met niet-Joodse mannen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwamen veel militairen uit andere delen van ons koninkrijk naar de veilige haven van Willemstad. Ze gingen uit met Joodse meisjes: goed opgeleid in de Nederlandse taal, knap van uiterlijk en vaak bemiddeld. Ron Gomes Casseres: „We denken dat er nog zo’n 250 Joden op het eiland zijn, niet allemaal lid van de synagoge. Bijna de helft is boven de zestig jaar. De jeugd trekt weg, onze economie is al jaren aan het kwakkelen. Zelf heb ik ook drie kinderen in de VS, die komen vast niet meer terug. Halverwege de achttiende eeuw was ons aantal op z’n top, in de negentiende eeuw trokken velen weg naar waar de economische groei was.”

Vandalisme

„Twee keer per jaar komt de tuinman. Vooral onkruidbestrijding is een kostbare zaak.” Ook ander onderhoud baart hem zorgen. „Nu eens kiepert iemand vuilnis over de muur, dan weer blijkt er ’s nachts voodoo te zijn bedreven met achterlating van de nodige rotzooi.” Ook de tand des tijds zorgt voor verval aan sommige graven. „We proberen dan familieleden te achterhalen van het graf waar reparaties nodig zijn. Dat valt niet altijd mee.” Er zijn net vandaag werklieden bezig. „Onlangs zijn aan de tempelkant maar liefst vijftien graven gevandaliseerd, er zijn stukken van beelden afgehakt.” Gomes Casseres gelooft niet dat het hier om antisemitisme gaat. „Nee, kort nadat er bij ons schade was aangericht, gebeurde hetzelfde op de protestantse begraafplaats even verderop.” Intussen is prikkeldraad aangebracht op de zijmuren.

Zwart marmer

In het reglement staat dat grafzerken nooit hoger zijn dan anderhalve meter en van wit marmer moeten zijn. Zowel in hoogte als in kleur zie je uitzonderingen. Zo is het graf van Joshua en Rebecca Levy Maduro, de puissant rijke ouders van de oorlogsheld naar wie Madurodam is genoemd, van zwart marmer. „Er is hier één regel waar nooit aan getornd mag worden: begraven moet altijd in de grond, ook al wekken sommige tombes een andere indruk.”

Op sommige plaatsen liggen bloemen, een gewoonte die je nooit op Joodse begraafplaatsen ziet. „Bloemen willen zeggen: We zijn je niet vergeten. Op sommige grafstenen zijn steentjes gelegd, een bekend Joods gebruik overal in de wereld. Het betekent hetzelfde als bloemen, je laat zo zien dat je de overledene niet bent vergeten. Ik doe er zelf niet aan mee, die steentjes passen niet in onze Spaans-Portugese traditie”, zegt Gomes Casseres.

Casa de Rodeo

Op het orthodoxe deel van de nieuwe begraafplaats te Berg Altena bevindt zich een ”Casa de Rodeo”, ook wel metaheerhuis genoemd. Het fraaie gebouwtje stamt uit 1880. Op de voorkant prijkt een tekst in het Nederlands en het Hebreeuws: ”En de dooden zullen herleven, wie geboren zijn moeten sterven”, een spreuk uit de Talmoed. De rituelen die in het huisje plaatsvinden, gebeden zeggen, rondjes (rodeo) lopen om de doodsbaar, zijn een orthodoxe traditie. Sinds de fusie van orthodoxen en liberalen in 1964 is de gehele Sefardisch-Joodse gemeente liberaal geworden. Gomes Casseres: „Ik kan me misschien één begrafenis herinneren waar het Casa de Rodeo nog dienstdeed.”

In een speciaal deel met kindergraven wijst Ron naar het graf van Paul Reisel. „Wij zaten bij elkaar in de klas. Hij werd op twaalfjarige leeftijd al fietsend geschept. Ik was gebroken.” Verderop is het graf van Pizza Hut-eigenaar Marshall Godschalk, eind vorige eeuw tijdens zijn werk doodgeschoten bij een roofoverval. Ook ligt hier Ernest Cohen Henriquez, oud-hoogleraar privaatrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. „Hij werd eerst in Nederland begraven, maar werd later hierheen gebracht.”

We eindigen bij het graf van Charles Gomes Casseres en Ruth Salas, de ouders van Ron. Zij betekenden veel voor de Joodse gemeenschap van Curaçao. Bij hun graf liggen bloemen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer