Prodi blijft bekend door euro en uitbreiding
Komende week treedt de nieuwe Europese Commissie onder leiding van de Portugese ex–premier Barroso aan. Zijn voorganger Prodi hoopt op een terugkeer in de Italiaanse politiek, als uitdager van premier Berlusconi bij de volgende verkiezingen.
Prodi laat een gemengde balans na. Hij zal vooral bekend blijven als de commissievoorzitter die de euro mede invoerde en de grootste uitbreiding van de EU ooit verwezenlijkte. Een overzicht van de grootste verworvenheden en tegenvallers:
UITBREIDING: Onder Prodi’s leiding traden op 1 mei van dit jaar tien nieuwe lidstaten toe tot de Europese Unie: Polen, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Slovenië, Estland, Letland, Litouwen, Malta en (het Griekse deel van) Cyprus. Daarmee werd de unie uitgebreid tot een interne markt van ruim 450 miljoen inwoners. Prodi heeft samen met eurocommissaris Verheugen, eerste verantwoordelijke voor de uitbreiding, de druk op de ketel gehouden en het ambitieuze tijdschema kunnen volgen.
Tegelijkertijd wist de commissie aan het einde van de rit ook met een voorzichtig oordeel over de Turkse kandidatuur voor de EU te komen, waarbij de interne strijd tot een minimum beperkt bleef. Alleen de Nederlandse eurocommissaris Bolkestein verzette zich tegen het rapport dat stelt dat Turkije op hoofdlijnen klaar is voor toetredingsonderhandelingen.
EURO: Na een lange voorbereiding werd op 1 januari 2002 de nieuwe eenheidsmunt ingevoerd. De overgang verliep vlekkeloos, na een goede coördinatie met de twaalf lidstaten die hun nationale munteenheid lieten varen voor de euro. Technische en organisatorische problemen bleven uit. Ook de samenwerking met de Europese Centrale Bank in Frankfurt verliep vlotjes.
De commissie moest vorig jaar wel bakzeil halen, toen Frankrijk en Duitsland tegen de regels in toch hogere begrotingstekorten presenteerden. Uiteindelijk gaf het EU–Hof in Luxemburg de commissie wel gelijk, maar het kwaad was al geschied.
Frankrijk en Duitsland kregen in een stemming onder de ministers van Financiën van de eurolidstaten gedaan dat zij geen strafboete hoeven te betalen voor hun te hoge tekorten. Daarmee werd een bres geschoten in de verdedingsmuur voor de euro, die de Europese Commissie moet zijn. Daar is Prodi mede schuldig aan, door in een interview het zogeheten stabiliteitspact ’dom’ te noemen. In het pact staan de begrotingsregels voor eurolanden opgesomd. Een teken aan de wand ook voor de dominante positie die de grote lidstaten meer en meer voor zichzelf opeisen.
LANDBOUWHERVORMINGEN: De Oostenrijkse landbouwcommissaris Fischler kon een ambitieuze hervorming doorvoeren van de landbouwuitgaven. Daardoor krijgen boeren minder rechtstreekse steun. Ook werd daarmee een forse impuls gegeven aan ontwikkeling van braakliggend land en het platteland in het algemeen. Prodi en vooral Fischler kunnen tevreden zijn over deze prestatie, zeker gezien het forse Franse verzet tegen de volgens Parijs te harde maatregelen. Desondanks werd Fischlers voorstel op hoofdlijnen doorgevoerd.
HERVORMING EU–ADMINISTRATIE: De commissie–Prodi trad aan onder een slecht gesternte, na de vele verhalen over grootscheepse fraude en misbruik, aan het licht gebracht door de Nederlandse klokkenluider Paul van Buitenen. Prodi beloofde schoon schip, maar kon die belofte nauwelijks waarmaken. Enerzijds omdat het aantal grote schandalen enigszins meeviel.
Anderzijds beet vice–voorzitter van de Europese Commissie en oud–Labour en –vakbondsleider Kinnock zijn tanden stuk op de sterke vakorganisaties binnen de Europese instellingen. Hervorming van tal van riante regelingen voor EU–ambtenaren bleef daardoor grotendeels uit. Na een staking van ambtenaren moest hij zijn plan om de pensioenleeftijd voor eurocraten te verhogen van 62 naar 63 jaar weer intrekken. Ook de pogingen om Europa ’dichterbij de burger’ te brengen, vielen eigenlijk in het water.
ECONOMIE EN LISSABON: In 2000 spraken de EU–regeringsleiders af dat de Europese economie in 2010 de meest concurrerende ter wereld moet zijn. Halverwege de rit vallen de resultaten zwaar tegen. De Europese economie zwalkt en kende zelfs een flinke dip. De commissie heeft wel veel van de doelstellingen kunnen uitvoeren, onder meer bij de liberalisering van posterijen, spoorwegen en hervorming financiële markten onder leiding van Bolkestein. De volgens diverse experts, onder wie oud–premier Kok, broodnodige flexibilisering van de arbeidsmarkten bleef uit, omdat deze stuitte op verzet in veel lidstaten.