OM: MH17-proces niet traineren, nabestaanden zien uit naar vonnis
Het Openbaar Ministerie vreest dat de advocaten van MH17-verdachte Oleg Poelatov zo veel nieuw en aanvullend onderzoek blijven vragen, dat de strafzaak nodeloos vertraging oploopt. „In de afgelopen weken hebben meerdere nabestaanden tegen het OM gezegd dat zij hopen dat na de uitoefening van het spreekrecht in september dit proces op afzienbare termijn kan worden afgerond”, zei de officier van justitie donderdag bij de hervatting van het omvangrijke proces. „Veel nabestaanden zien uit naar een vonnis van de rechtbank, en dan naar rust.”
Het team van advocaten waar meerdere nabestaanden zich bij hebben aangesloten, was het eens met het OM. „De nabestaanden begrijpen heel goed wat het belang is van goed onderzoek en ruimte voor de verdediging. Maar ze vragen zich wel af wanneer de grenzen daarvan bereikt zijn.”
Het OM verdenkt vier mannen van betrokkenheid bij het neerhalen van vlucht MH17 op 17 juli 2014 en van de moord op iedereen in het toestel. Alle 298 inzittenden - onder wie bijna 200 Nederlanders - kwamen om het leven. Vlucht MH17 van Malaysia Airlines vertrok van Amsterdam naar Kuala Lumpur. Boven oorlogsgebied in het oosten van Oekraïne werd de Boeing 777 uit de lucht geschoten. Uit meerdere onderzoeken blijkt dat MH17 is neergehaald met een Buk-raket, waarschijnlijk afgevuurd door pro-Russische separatisten die actief waren in Oost-Oekraïne.
Van de vier verdachten laat alleen de Rus Poelatov zich door advocaten verdedigen, de andere drie verdachten hebben niet gereageerd op oproepen van de rechtbank en het OM. Zij vroegen donderdag nogmaals om verschillende aanvullende onderzoeken, bijvoorbeeld om enkele getuigen nog eens aan de tand voelen. Ook willen zij alle wrakstukken van het vliegtuig bekijken, niet enkel de stukken die nu als relevant zijn aangemerkt. Volgens advocaat Sabine ten Doesschate wil het OM „bij ieder verzoek van de verdediging een drempel opwerpen”.
De officier reageerde dat „natuurlijk” noodzakelijk onderzoek moet plaatsvinden. „Maar het belang van de voortgang van dit strafproces maakt dat naarmate het proces langer duurt steeds kritischer gekeken moet worden wat daadwerkelijk noodzakelijk is.”
De rechtbank beslist volgende week donderdag welk onderzoek verder nog moet gebeuren. Daarna wordt het strafproces onderbroken tot september, dan is het spreekrecht van de nabestaanden. Daarna volgt het requisitoir van het OM, wat resulteert in een strafeis tegen de verdachten: rebellenleider Igor Girkin, zijn rechterhand Sergej Doebinski, diens assistent Poelatov en garnizoenscommandant Leonid Chartsjenko.
De uitspraak van de rechtbank wordt niet eerder dan volgend jaar verwacht.