Bakker en Pater hadden cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het gerechtshof in Arnhem. Dat veroordeelde hen vorig jaar mei tot een jaar gevangenisstraf wegens hun rol in de vuurwerkramp op 13 mei 2000 in Enschede. Bakker en Pater willen dat een ander hof zich opnieuw over de zaak buigt.

Volgens Gabriël Meijers, advocaat van Pater, wijst het uitstel erop dat de Hoge Raad erg twijfelt of dat het hoogste rechtscollege het onderling niet eens kan worden. „Het is de tweede keer dat de uitspraak wordt uitgesteld en dat is zeer uitzonderlijk, zeker voor een zaak als deze." Dat laatste beaamt ook Peter Plasman, raadsman van Bakker. Hij noemt het uitstel „hoopgevend". Het betekent volgens hem in ieder geval dat de zaak gecompliceerd ligt.

Het hof in Arnhem achtte Bakker en Pater schuldig aan brand en ontploffing door schuld met de dood tot gevolg, overtreding van milieuvoorschriften en illegale handel in vuurwerk. Hun bedrijf S.E. Fireworks ging op 13 mei 2000 de lucht in. De vuurwerkexplosies die volgden kostten aan 22 mensen het leven en honderden anderen raakten gewond. De woonwijk Roombeek werd compleet verwoest.

Meijers en Plasman tekenden cassatie aan, omdat zij het vooral niet eens zijn met de constatering van het hof dat Bakker en Pater wisten dat er op hun terrein massa–explosief vuurwerk lag opgeslagen. Zij stellen dat niemand op dat moment in Nederland „enig benul" had van vuurwerk.